3. Hoop en wanhoop


Crisis in de wereld
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les


Crisis in de wereld

Slide 1 - Tekstslide

In welk tijdvak speelt dit hoofdstuk zich af?
Welke jaartallen horen hierbij? 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind v/d les kunnen de leerlingen uitleggen: 
  1.  Wat het Verdrag van Versailles (begrip) inhoudt. TB blz. 66, kopje 1.
  2.  Dat Duitsland zware straffen moest ondergaan, waaronder herstelbetalingen (begrip). TB blz. 66.
  3. Dat de Duitse economie beter ging, nadat Amerika hielp met herstelbetalingen. TB blz. 66, kopje 2.
  4. Dat de economische crisis (begrip) in Amerika begon. Hoe deze ontstond, de banken faillet gingen en mensen werkeloos raakten. TB blz. 67.
  5. Wat de crisis met Duitsland deed. TB blz. 67, kopje 4.
  6. Dat het communisme (begrip) voor sommige Duitsers een goed idee leek. TB blz. 67, kopje 5.




Slide 3 - Tekstslide


Vredesonderhandelingen 
in Parijs
1919





Een wapenstilstand is nog geen vrede. Hierover werd 
tussen januari en juni 1919 onderhandeld in Versailles (bij Parijs)

Slide 4 - Tekstslide

Welke landen?
  • Engeland (Lloyd George)
  • Frankrijk (Clemenceau)
  • Verenigde Staten (Wilson)
  • Italië (Orlando)

  • Duitsland mocht als verliezer niet meepraten

  • Rusland, dat zijn bondgenoten in de steek had gelaten, was ook niet uitgenodigd

Slide 5 - Tekstslide

Verdrag van Versailles 
  • Duitsland moet herstelbetalingen doen aan voornamelijk Frankrijk.
  • Duitsand moet veel grondgebied afstaan (ongeveer 20%).
  • Duitsland moet kolonies afstaan.
  • Duitsland mag geen leger meer hebben van groter dan 100.000 man.
  • Duitsland mag geen grote oorlogsschepen meer hebben (bepaald gewicht). 
  • Duitsland mag geen luchtmacht meer hebben. 
  • Duitsland moet Polen doorgang geven naar de Oostzee (Poolse Corridor). 
  • Grens tussen Frankrijk en Duitsland wordt gedemilitariseerd (Rijnland).

Slide 6 - Tekstslide

Duitsand moet veel grondgebied afstaan (ongeveer 10%).

Slide 7 - Tekstslide

Vóór...
...na

Slide 8 - Tekstslide


Frankrijk


  • Duitsland zwaar straffen.
  • Duitsland economisch verzwakken.
  • Duitsland militair verzwakken.
  • Grondgebied terugpakken (Elzas-Lotharingen)

Slide 9 - Tekstslide


Groot-Brittannië



  • Duitsland straffen, maar niet al te zwaar
  • Duitsland is een belangrijke handelspartner
  • Kan niet al te vriendelijk zijn: het volk zit vol wraak.

Slide 10 - Tekstslide


Verenigde Staten




  • Duitsland straffen, maar niet al te zwaar
  • Duitsland is een belangrijke handelspartner
  • Wereld veilig maken, voorkomen nieuwe oorlog (14 punten van Wilson)

Slide 11 - Tekstslide


Verdrag?! Dictaat!



In Duitsland is grote onvrede en spreekt men liever van het Dictaat van Versailles.
Omdat men had toegegeven aan het zware Verdrag van Versailes spreekt men van de dolkstootlegende.

Slide 12 - Tekstslide

Gevolgen van de wapenstilstand en de vrede

  • Oprichting Republiek van Weimar Eerste democratie in Duitsland:  1918-1933
  • Veel nieuwe staatjes in Europa (Polen, Joegoslavië).
  • Verenigde Staten trekken zich terug uit de wereldpolitiek.
  • Door Vrede van Versailles is er  crisis in Duitslan. De regering gaat geld bijdrukken: gevolg = inflatie.
  • Hyperinflatie zorgt ervoor dat Duitsland herstelbetalingen niet meer kan betalen en Ruhrgebied wordt bezet door Frankrijk (1923).

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Dawesplan (1924)
  • Dawes (bankier) bedenkt oplossing voor crisis Duitsland: VS leent geld aan Duitsland om herstelbetalingen te kunnen doen.
  • Dit werkt, Frankrijk gaat weg uit Ruhrgebied en geld wordt langzaam weer meer waard.
  • Duitsland mag in 1926 toetreden tot de Volkenbond.

Slide 15 - Tekstslide

Hulp voor Duitsland

het Dawesplan


  • Door Dawesplan ging het weer beter met Duitsland.

  • Door opbloeiende welvaart weer politiek vertrouwen tot 1929.



Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video


Beurskrach
'Black tuesday' 1929



  • De oorzaak voor de economische crisis noemen we de 'beurkrach'
  • De aandelenmarkt stortte in, veel aandelen waren meer waard dan het bedrijf zelf.

Slide 18 - Tekstslide

Crisis in Amerika
  • In VS ging het geweldig in jaren '20. Je kon alles bereiken en kopen. Veel mensen kochten producten op afbetaling.  Ook aandelen werden zo gekocht. 
  • Maar de mensen hadden genoeg en kochten niks meer. Door de té grote voorraden van de fabrieken werd er niks meer geproduceerd. En bedrijven moesten mensen ontslaan. 
  • In 1929 besluit een  (te) grote groep aandelen te verkopen. Er is paniek --> Beurskrach
  • Banken hadden veel geld uitgeleend aan bedrijven en mensen. Door de crisis kregen ze veel van dat geleende geld niet terug. Daardoor gingen ook veel banken failliet.
  • Mensen met aandelen verloren het vertrouwen en gingen hun aandelen snel verkopen.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Armoede door crisis
1932:   
  • Het inkomen van de Amerikanen
     50% lager dan in 1929.
  • Waarde aandelen gedaald met
     88%!
  • 15.000.000 Amerikanen werkloos

In Europa: Vooral Engeland en Duitsland getroffen door de crisis.

Slide 21 - Tekstslide

Crisis in Duitsland  

  • De crisis van 1929 raakt ook Duitsland. 
  • Amerika wilt het geleende geld direct terug.
  • De mensen hadden geen vertrouwen meer in de democratische regering.
  • Ze willen weer een sterke leider.

Slide 22 - Tekstslide

Crisis in Nederland
  • Nederland wordt zwaar door de crisis geraakt: de handel met de VS en Duitsland komt vrijwel stil te staan.

  • Bedrijven en fabrieken moeten de deuren sluiten.

  • Tussen 1929 en 1935 stijgt de werkloosheid van 22.000 naar 500.000

Slide 23 - Tekstslide

Gevolgen
  • Opkomst van Hitler: hij speelt in op de Duitse onvrede over het Verdrag van Versailles

  • Uiteindelijk ook de Tweede Wereldoolog, waarbij Hitler er alles aan zou doen om de gevolgen van het Verdrag van Versailles te vernietingen...en daarin ook slaagt. 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video