In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Samenvatting H3 & H4
De warme maaltijd
Boodschappen
Slide 1 - Tekstslide
Wat heb je in hoofdstuk 3 geleerd
- Je kunt hygiënisch werken
- Je kunt de Schijf van Vijf gebruiken om gezonde voeding te kiezen
- Je kunt de tafel dekken
- Je kunt eten rondbrengen
- Je kunt afwassen
Slide 2 - Tekstslide
Hygiënisch met voeding werken
Bij voeding is het heel belangrijk dat je hygiënisch werkt.
Ook in een keuken bij cliënten thuis is hygiënisch werken belangrijk.
Want cliënten hebben vaak een minder goede weerstand.
Ze zijn dan vatbaar voor besmetting.
Als je voedsel verzorgt, moet je voorkomen dat zij een voedselvergiftiging krijgen. Een voedselvergiftiging ontstaat door schadelijke bacteriën in het voedsel.
Slide 3 - Tekstslide
Hygiënisch werken is belangrijk omdat ...
Slide 4 - Woordweb
Gezonde voeding
Gezonde voeding is voor iedereen erg belangrijk.
Het lichaam heeft voedingsstoffen nodig om goed te kunnen functioneren.
De schijf van vijf helpt je om gezond voedsel te kiezen. Hij is verdeeld in 5 vakken. Voor een gezonde voeding moet je elke dag iets uit elk vak eten.
Slide 5 - Tekstslide
Eet jij volgens de schijf van vijf?
😒🙁😐🙂😃
Slide 6 - Poll
In de schijf van 5 staat geen chips en snoep.. wat zeggen ze hier over?
A
Je mag geen chips en snoep eten, dit is niet goed voor je
B
Je mag zoveel chips en snoep eten als je zelf wil
C
Je mag af en toe best chips en snoep eten, maar doe dit met mate
Slide 7 - Quizvraag
Eten rondbrengen
In een verzorgingstehuis of ziekenhuis help je soms met het rondbrengen van eten. De maaltijden staan op dienbladen op een kar. Die breng je naar de cliënt of patiënt. Als mensen het dienblad zelf niet kunnen dragen, staat dat op het kaartje of op een lijst. Dan breng je de maaltijd naar ze toe.
Slide 8 - Tekstslide
Hoe weet je dat je de juiste maaltijd bij de juiste persoon brengt?
Slide 9 - Open vraag
Afwassen met de hand
Na het eten moet je afwassen, vul bij de sleepvraag de juiste volgorde in
Slide 10 - Tekstslide
1
2
3
4
Spoel de vaat voor met heet water
Zet de vaat in het afdruiprek
Spoel het sop er met heet water af
Was de vaat af in sop
Slide 11 - Sleepvraag
Wat heb je in hoofdstuk 4 geleerd
- Je kunt een boodschappenlijst lezen en maken
- Je kunt omgaan met contant geld
- Je kunt boodschappen doen en die opruimen
- Je kunt informatie op etiketten lezen
Slide 12 - Tekstslide
Boodschappen
Soms moet je boodschappen doen voor een cliënt.
Iemand die ziek is, slecht loopt of verward is, kan dat niet zelf.
Cliënten hebben voorkeuren voor merken, of voor de prijs.
Het is niet fijn als iemand de verkeerde dingen voor je meeneemt van de winkel.
Slide 13 - Tekstslide
Als je bij iemand anders de voorraad controleert, moet je in de kastjes kijken. Waarom moet je het eerst vragen of je in de kastjes mag kijken?
Slide 14 - Open vraag
Boodschappen opruimen
Heb je boodschappen gedaan? dan moet je de boodschappen opruimen. Je legt de boodschappen in de keukenkastjes, de koelkast, het vriesvak of een voorraadkast.
Slide 15 - Tekstslide
Welke boodschappen leg je in de koelkast?
Slide 16 - Woordweb
Welke boodschappen leg je in de keukenkast?
Slide 17 - Woordweb
Informatie op voedsel
Op etiketten staat veel informatie, hier kun je de naam van het product vinden, de ingrediënten, de inhoud van het product, de voedingswaarde, de houdbaarheidsdatum, hoe je het product moet bereiden, en hoe je het product moet bewaren.
Slide 18 - Tekstslide
Tot wanneer is dit product houdbaar?
Slide 19 - Woordweb
Dit was het einde van de samenvatting H3 & H4. Heb je er wat van geleerd?