4.2 Koude Oorlog (deel 1)

4.2 De Koude Oorlog
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

4.2 De Koude Oorlog

Slide 1 - Tekstslide

Koude Oorlog

Slide 2 - Woordweb

Na de Tweede Wereldoorlog
Nadat Duitsland zich had overgegeven moest er besloten worden wat er ging gebeuren in Europa, en dan vooral in Duitsland. 

Slide 3 - Tekstslide

IJzeren Gordijn
Verdeling Duitsland

Slide 4 - Tekstslide

Nieuwe supermachten
Na 1945 namen twee landen in de wereld een machtspositie in: 
  1. de Verenigde Staten (kapitalistisch)
  2. de Sovjet-Unie (communistisch) 
Zij stonden lijnrecht tegenover elkaar omdat zij allebei een andere ideologie hadden. 

Slide 5 - Tekstslide

Kapitalisme
Communisme
Verenigde Staten
Sovjet-Unie
vrijheid
gelijkheid
vrije markt
planeconomie
verkiezingen
dictatuur
democratie
eenpartijstelsel
vrijheid van pers
censuur 

Slide 6 - Tekstslide

Nieuwe supermachten
Beide landen wilden hun ideologie verspreiden over de wereld en de invloed van de tegenstander te beperken. 

Ze stonden dus tegenover elkaar, maar vochten dit niet uit op elkaars grondgebied --> de oorlog is nooit 'heet' geworden. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Spotprent
  1. Is de prent voor of tegen Marshallhulp?
  2. Uit welk land zou de prent kunnen komen?
  3. Welk punt wil de cartoonist maken?

Slide 9 - Tekstslide

4.2 De Koude Oorlog

Slide 10 - Tekstslide

Atoomdreiging
Dit werd versterkt door atoomwapens. Om Japan tot overgave te dwingen, had de VS voor het eerst in de geschiedenis atoombommen gebruikt. 
Stalin wilde de VS wel kunnen bijhouden en begon daarom ook in te zetten op atoomwapens, waardoor er een wapenwedloop begon te ontstaan. 

Slide 11 - Tekstslide

Containment
Ondertussen wilden de supermachten elkaars invloed ook nog beperken. 
De VS deed dit door containmentpolitiek: het indammen van communisme. 
Een voorbeeld hiervan was Marshallhulp: economische hulp aan landen om communisme minder aantrekkelijk te maken.

Slide 12 - Tekstslide

Blokvorming
Doordat beiden grootmachten hun eigen invloedssfeer hadden, ontstond er blokvorming. 
- 1949: de NAVO (Noord-Atlantische Verdragsorganisatie)
- 1955: het Warschaupact

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeelden blokvorming
  • Blokkade van Berlijn (1948)
     afsluiten van alle infrastructuur van en naar West-Berlijn 
  • Oprichting DDR (=Oost-Duitsland) en  BDR (West- Duitsland) (1949)
  • Praagse Lente (1956)
     Poging tot hervorming van het Sovjet-beleid van Tsjechië
  • Berlijnse Muur (1961)

Slide 14 - Tekstslide

Vreedzame coëxistentie
Toen Stalin was overleden, besloot zijn opvolger Chroesjtsjov dat kapitalisme en communisme vreedzaam naast elkaar moesten leven.
--> niet echt gelukt:
  1. Liet de Berlijnse Muur bouwen 
  2. Cubacrisis

Slide 15 - Tekstslide

Cubacrisis: 1962
De plaatsing van kernraketten op
Cuba richting de VS.

Slide 16 - Tekstslide