BL3 GR SP OT LE Herhalen

Welkom
Kom binnen en ga rustig zitten
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom
Kom binnen en ga rustig zitten

Slide 1 - Tekstslide

Grammatica
Persoonsvorm
- Zin in een andere tijd zetten, de pv verandert

Werkwoordelijk gezegde
- Alle ww in de zin

Onderwerp
- Wie of wat + wwg?

Lijdend voorwerp
- Wie of wat + wwg + ond ?

Slide 2 - Tekstslide

Grammatica
Werkwoordelijk gezegde met te
- Te + heel werkwoord hoort bij het wwg 

Dus:

Mijn vader zit de krant te lezen
wwg = zit te lezen

Slide 3 - Tekstslide

Grammatica
Splitsbare werkwoorden
Nadenken > ik ....

Dan hoort denk bij na.. Dus horen ze allebei bij het wwg.

Slide 4 - Tekstslide

De kat heeft een muis gevangen.
Wat is de pv?

Slide 5 - Open vraag

De kat heeft een muis gevangen.
Wat is het wwg?

Slide 6 - Open vraag

De kat heeft een muis gevangen.
Wat is het ond?

Slide 7 - Open vraag

De kat heeft een muis gevangen.
Wat is het lv?

Slide 8 - Open vraag

Schrijf de volgende zin over. [ Wil jij mijn jas aangeven ]
- Onderstreep de pv
- Zet strepen
- Benoem wwg, ond, lv

Slide 9 - Open vraag

Schrijf de volgende zin over. [ Wil jij mijn jas aangeven ]
- Onderstreep de pv
- Zet strepen
- Benoem wwg, ond, lv

Slide 10 - Open vraag

[De politie hield de automobilist aan.]
- Onderstreep de pv
- Zet strepen
- Benoem wwg, ond, lv

Slide 11 - Open vraag

Spelling
Persoonsvorm
Ik > ik-vorm
Jij, u/hij/zij/het > ik-vorm + t
- Behalve als de ik-vorm eindigt op een t
- Behalve als je/jij achter de pv staat > ik-vorm
Meervoud > hele ww

Slide 12 - Tekstslide

Spelling
XTC Koffieshopje 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Spelling
Meervoud zelfstandige naamwoorden
- +en of +s
- aiouy +'s
- ee +ën
- +eren
- s > z
- f > v

Slide 15 - Tekstslide

Spel het juiste meervoud van:
auto

Slide 16 - Open vraag

Spel het juiste meervoud van:
schelp

Slide 17 - Open vraag

Spel het juiste meervoud van:
fee

Slide 18 - Open vraag

Spel het juiste meervoud van:
vuur

Slide 19 - Open vraag

Spel het juiste meervoud van:
reis

Slide 20 - Open vraag

Over taal
Voor- en achtervoegsels
Geeft een andere betekenis aan een woord

Voorvoegsels
on- = niet
mis- = slecht/verkeerd
her- = opnieuw

Achtervoegsels
-baar = kan/je kunt het
-loos = zonder
-vol = met veel

Slide 21 - Tekstslide

on
mis
her
baar
loos
vol
slecht/verkeerd
niet
nog een keer
kan/je kunt het
zonder
met veel

Slide 22 - Sleepvraag