Lijdende en bedrijvende vorm
Bedrijvende vorm: Het onderwerp van de zin is actief (voert de handeling uit).
Voorbeeld: Flemming heeft een nieuwe single geschreven.
De lijdende vorm: Het onderwerp van de zin is passief (ondergaat de handeling).
Voorbeeld: Een nieuwe single is door Flemming geschreven
Als de zin verandert van bedrijvende naar lijdende vorm gebeurt er dit:
1. Het lijdend voorwerp wordt het onderwerp.
2. Het onderwerp wordt een bijwoordelijke bepaling die met door begint (Door-bepaling).
3. Bij het werkwoordelijk gezegde wordt het hulpwerkwoord worden of zijn toegevoegd.
Worden: Persoonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd
Zijn: Hebben als pv en een voltooid deelwoord aan het einde van de zin.