Wat: Beschrijf hoe je in een thuissittuatie bent en hoe je bent op school. Welke verschillen zie je?
Hoe: Verdeel a4 in twee vakken. Links: Thuis Rechts: School
Hoelang: 10 min
Klaar: Bespreek dit met je buurman/vrouw. Welke
overeenkomsten zie je? Welke overeenkomsten juist niet?