Creatief schrijven. Deel 1: creatief schrijven vereist verbeeldingskracht

Creatief schrijven. Deel 1: creatief schrijven vereist verbeeldingskracht
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Creatief schrijven. Deel 1: creatief schrijven vereist verbeeldingskracht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les kunt u...
De definitie van creatief schrijven en de relevantie ervan in het voortgezet onderwijs begrijpen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over creatief schrijven?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Definitie en belang van creatief schrijven
Creatief schrijven combineert originaliteit met relevantie voor de taak en de context. Het Four-C model onderscheidt verschillende niveaus van creativiteit, van persoonlijke tot eminente creativiteit.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Four-C model of creativity en de toepassing ervan op scholieren
Het Four-C model onderscheidt verschillende niveaus van creativiteit, van persoonlijke tot eminente creativiteit. Leerlingen kunnen dit model toepassen bij creatief schrijven.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergelijking tussen creatief en zakelijk schrijven
Creatief schrijven in het voortgezet onderwijs kent meer vrijheid en vereist meer verbeeldingskracht dan zakelijk schrijven.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De noodzaak van creativiteit en verbeeldingskracht in schrijfprocessen
Creatief schrijven vereist meer verbeeldingskracht dan zakelijk schrijven. Het is een heuristische taak die open staat voor interpretatie.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De huidige staat en toekomst van creatief schrijven in het onderwijs
Hoewel creatief schrijven in 1998 uit het examenprogramma van de bovenbouw verdween, is er een hernieuwde interesse om creativiteit, en daarmee creatief schrijven, weer te integreren in het curriculum.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Creativiteit: het vermogen om werk te produceren dat zowel nieuw als passend is.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Four-C model of creativity: een model dat verschillende niveaus van creativiteit erkent, van mini-c (persoonlijk) tot Big-C (eminent).

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heuristische taak: een taak zonder vast oplossingspatroon, open voor interpretatie.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Algoritmische taak: een taak met een vast patroon of formule voor het vinden van een oplossing.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rhetorisch doel: een specifiek doel in communicatie, zoals overtuigen of informeren.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fictieve wereld: een door de auteur gecreëerde en verbeelde wereld, niet verwijzend naar de externe realiteit.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 15 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 16 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 17 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.