SO Hoofdstuk 2 Par 1 en 2

SO H2 Grote natuurlandschappen op aarde 
Par 1, 2 en 3. 
Lees de vragen goed en geef duidelijk antwoord!!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

SO H2 Grote natuurlandschappen op aarde 
Par 1, 2 en 3. 
Lees de vragen goed en geef duidelijk antwoord!!

Slide 1 - Tekstslide

Kies het juiste woorden.
De evenaar is /keerkringen zijn de grens van de tropen
A
evenaar is
B
keerkringen zijn

Slide 2 - Quizvraag

Kies het juiste woord.
In het tropische regenwoud is een hoge/lage bevolkingsdichtheid
A
lage
B
hoge

Slide 3 - Quizvraag

Kies het juiste woord
Als je van een plaats op hoge breedte naar een plaats op lage breedte reist, dan stijgt/daalt de gemiddelde temperatuur
A
stijgt
B
daalt

Slide 4 - Quizvraag

Kies het juiste woord.
In de tropische bossen is de gemiddelde temperatuur hoger/lager dan 15 °C
A
hoger
B
lager

Slide 5 - Quizvraag

Kies het juiste woord.
Rond de evenaar is het warm. De zonnestralen schijnen loodrecht/schuin op het aardoppervlak
A
loodrecht
B
schuin

Slide 6 - Quizvraag

Bekijk het plaatje hiernaast
Welk kenmerk van het tropische bos wordt in deze figuur duidelijk weergegeven?

Slide 7 - Open vraag

Bekijk de foto hiernaast
Noem 2 kenmerken van het tropische regenwoud, die je hier ziet

Slide 8 - Open vraag

Bekijk het plaatje hiernaast. Wat is biodiversiteit?

Slide 9 - Open vraag

De regens in het gebied rondom de evenaar
Producten uit de natuur die de mensen goed kunnen gebruiken
Plantengroei
Warme luchtstreek bij de evenaar
De afstand van een plaats tot de evenaar

stijgings-
regens

natuurlijke hulpbronnen
Vegetatie
Tropen
Breedteligging

Slide 10 - Sleepvraag

Vul het ontbrekende woord hieronder in, dus wat moet er op de stipjes staan?
Stijgende lucht geeft neerslag, dalende lucht wordt ...

Slide 11 - Open vraag

Vul het ontbrekende woord hieronder in, dus wat moet er op de stipjes staan?
De natuurlijke plantengroei die ergens voorkomt heet de ......................plantengroei

Slide 12 - Open vraag

Bekijk de kaartjes goed . Wat is het verband tussen beide kaartjes? (Hoe ........., hoe .......)

Slide 13 - Open vraag

Wat is het verband tussen de breedteligging van een plek en de temperatuur op die plek? (Hoe ......, hoe.........)

Slide 14 - Open vraag

Waar op de aarde vind je de droge gebieden?
A
Bij de evenaar
B
Tussen 20 en 40 graden NB
C
Tussen 20 en 40 graden ZB
D
Tussen 20 en 40 graden NB en ZB

Slide 15 - Quizvraag

Welke twee landschappen heb je in de droge gebieden?
A
woestijn en steppe
B
steppe en savanne
C
woestijn en savanne
D
steppe en tropisch regenwoud

Slide 16 - Quizvraag

Bekijk de foto. Schrijf hieronder de 4 landschappen op. Van nat naar droog!

Slide 17 - Open vraag

Wat hoort bij elkaar?
De Outback
het noorden van Australië
In de buurt van Sydney

Slide 18 - Sleepvraag

Bekijk het plaatje. Noem twee duidelijke verschillen tussen het klimaat van de Bilt en dat van Oodnadatta (temperatuur en neerslag) Wees duidelijk!!

Slide 19 - Open vraag

Hoe heet een ondergrond die altijd bevroren is?
A
Landijs
B
Permafrost
C
Taiga
D
Poolklimaat

Slide 20 - Quizvraag