Lezen H5

Welkom H2D
Maandag 05-06




1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom H2D
Maandag 05-06




Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma
- Welkom en presentie (5 min)
- Terugblik: feit, mening en standpunt/ (formatieve toets) (15 min)
- Uitleg: H5 Kritisch lezen (10 min)
- Zelfstandig werken / mogelijkheid om vragen te stellen

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik: feit, mening, argument
Utrecht is de hoofdstad van Nederland.
Utrecht is de mooiste stad van Nederland.

Feit of mening?

Slide 3 - Tekstslide


Ik vind de film over het boek 'De brief voor de koning' minder spannend dan het boek. 
 
Feit of mening?

Slide 4 - Tekstslide


Je zou eigenlijk op de fiets naar school moeten gaan, want dat is goed voor je gezondheid! 

Wat is het standpunt en wat is het argument?

Slide 5 - Tekstslide

Standpunt of argument?
[Ik ben van mening dat blind eten een sterk concept is], want zo ervaren mensen op een ongewone manier hoe het is om een visueel handicap te hebben.

Slide 6 - Tekstslide

H5 Kritisch lezen......

Slide 7 - Tekstslide

Lees (en beluister) de tekst

Slide 8 - Tekstslide

Betrouwbaarheid van teksten


Informatie in teksten is niet altijd betrouwbaar.

Daarom moet je een tekst kritisch lezen.

Als je wilt controleren of een tekst betrouwbaar is, let je op

de bron,  de schrijver, het doel van de tekst.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

De bron van een tekst

Een bron moet bij voorkeur actueel zijn en dus niet te lang geleden zijn verschenen.

Dat kun je aan de bronvermelding zien.

Een bron die zo volledig mogelijk informatie geeft, is betrouwbaarder dan een bron die dat niet doet. Dat geldt ook voor een bron die informatie juist en controleerbaar aanbiedt.

Slide 11 - Tekstslide

De schrijver van een tekst

Een schrijver is deskundig als hij zich uitgebreid in het onderwerp heeft verdiept of een ruime persoonlijke ervaring heeft met het onderwerp.

Slide 12 - Tekstslide

Het doel van een tekst

Een tekst is objectief en onpartijdig als die alleen maar

informatie geeft.

Een tekst is subjectief en partijdig als die ergens van wil overtuigen of ergens reclame voor maakt. Als een tekst bedoelt is om jou te overtuigen of tot handelen aan te zetten (aansporen iets te doen), moet je dus extra goed opletten.

Slide 13 - Tekstslide


Reclameteksten zijn meestal niet erg betrouwbaar,

omdat ze als doel hebben de lezer aan te sporen iets te kopen

Slide 14 - Tekstslide



Ook roddelbladen nemen het soms niet zo nauw met de waarheid. 

Slide 15 - Tekstslide


Schoolboeken en de meeste nieuwsberichten zijn wel betrouwbaar, omdat ze als doel hebben de lezer informatie te geven.

Slide 16 - Tekstslide

Check de betrouwbaarheid:
- Is de auteur deskundig en onpartijdig?
- Geeft de tekst bijvoorbeeld informatie over zijn opleiding of beroep?
- Waar en wanneer is de tekst geproduceerd?
- Is de informatie in de tekst niet verouderd?
- Zijn de mensen die geïnterviewd worden betrouwbaar en deskundig? 
- Komen er voor- en tegenstanders aan het woord?
- Klopt het wat de auteur zegt? Laat hij belangrijke dingen weg?
- Zijn de argumenten van de auteur sterk of kun je er makkelijk iets tegenin brengen

Slide 17 - Tekstslide


- Geloof jij alles wat jij leest op internet?
- Hoe check jij een tekst op internet betrouwbaar is?
- Vind jij Wikipedia betrouwbaar?

Slide 18 - Tekstslide

Schrijf één ding op wat je deze les hebt geleerd en niet meer vergeet.

Slide 19 - Open vraag

Huiswerk
Ga naar Nieuw Nederlands online: Planning Lezen H5 en maak de opdrachten (1 en 3) 


Slide 20 - Tekstslide