Tussenletters in samenstellingen

Nederlands
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, tLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Start les
Zit je op je eigen plek?
Is je mobiel uit het zicht?
Zijn je oortjes uit?
Hangt je jas aan de kapstok?
Zijn je pet en capuchon af?
Je bent stil bij start les.

timer
1:30

Slide 2 - Tekstslide

Planning

Tussenletters in samenstellingen


Doel

- je weet wat een samenstelling is
- je weet wanneer je een verbindingsletter moet gebruiken

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een samenstelling?
2 of meer woorden die worden samengevoegd tot 1 woord.

Bij sommige samenstellingen moet je een -n tussen de woorden plaatsen (bessensap)
Bij andere samenstellingen juist niet (beresterk).
Ook zijn er samenstellingen waarbij je een -s tussen de woorden schrijft (dorpskern).


Slide 4 - Tekstslide

Uitleg samenstellingen

Op de volgende slides volgt de uitleg over de samenstellingen.

Wanneer schrijf je een tussen -n?
Wanneer schrijf je geen tussen -n?
Wanneer schrijf je een tussen -s?


Slide 5 - Tekstslide

Samenstellingen
Wel een tussen -n
  • Het eerste woord heeft (alleen) een meervoud op –en (dit is de basisregel)  
Geen tussen -n
  • Het eerste woord heeft een meervoud op –s
  • Het eerste woord heeft 2 meervouden (op –s en op -n)
  • Het eerste woord is uniek
  • Het eerste woord versterkt het tweede woord
  • Het eerste woord is geen zelfstandig naamwoord
  • Het eerste woord heeft geen meervoud
  • Er is sprake van een versteende samenstelling
Een tussen -s
  • Als je een tussen -s hoort

Slide 6 - Tekstslide

Tussenletter 'en' in samenstelling
Als het eerste deel van de samenstelling een meervoud op -en heeft, dan schrijf je dat ook in de samenstelling.
Dus:
beukennootje
fietsenstalling

Slide 7 - Tekstslide

Tussenletter 'en' in samenstelling
Als het eerste deel van de samenstelling een zelfstandig naamwoord is dat geen meervoud heeft of een meervoud op -s heeft, dan schrijf je geen -n- .
Dus:
rijstepap
horlogemaker

Slide 8 - Tekstslide

Tussenletter 'en' in samenstelling
Is er maar één van? Gebruik dan ook geen -n
Dus:
zonnegod
koninginnedag

Slide 9 - Tekstslide

Tussenletter 'en' in samenstelling
Ontstaat er verwarring over uitspraak? Gebruik dan een streepje.
Dus:
bio-industrie
diploma-uitreiking

Slide 10 - Tekstslide

Welke is juist?
A
Groentesoep
B
Groentensoep
C
Groente-soep

Slide 11 - Quizvraag

Welke is juist?
A
Autoongeluk
B
Autosongeluk
C
Auto-ongeluk

Slide 12 - Quizvraag

Welke is juist?
A
Pennebak
B
Pennenbak
C
Pennen-bak

Slide 13 - Quizvraag

Wel een tussen -n

...als het eerste woord alleen een meervoud op –en heeft

vriend - vrienden - vriendenboek
heer - heren - herenfiets
hond - honden - hondenriem

Slide 14 - Tekstslide

Geen tussen -n  
... als het eerste woord een meervoud op –s heeft
asperge - asperges - aspergesoep
horloge - horloges - horlogemaker

... als het eerste Woord 2 meervouden heeft (op –s en op -n)
vitamine - vitaminen/vitamines - vitaminepil
weide - weides/weiden - weidevogel

Slide 15 - Tekstslide

Geen tussen -n
... als het eerste woord uniek is
(uniek = er is er maar 1 van)

zon - zonnestraal
maan - maneschijn
Let op: ster - sterrenkunde (er zijn meer sterren)



Slide 16 - Tekstslide

Geen tussen -n

... als het eerste woord geen meervoud heeft
rijst + pap = rijstepap
tarwe + product = tarweproduct

Slide 17 - Tekstslide

Geen tussen -n
... als het eerste woord het tweede woord versterkt
beer + sterk = beresterk
steek + blind = stekeblind

... als het eerste woord geen znw is
goedemorgen (goed = geen znw, maar een bn)
Spinnewiel (spinnen = geen znw (maar een ww))

Slide 18 - Tekstslide

Geen tussen -n
...als er sprake is van een versteende samenstelling (= een woord dat we tegenwoordig kennen als enkelvoudig woord en niet meer als een samengesteld woord)

hunebed          bolleboos
bakkebaard    nachtegaal 

Slide 19 - Tekstslide

Tussen -s
Je schrijft een tussen -s als je die hoort.

stationsplein
personeelsafdeling
identiteitsbewijs
lievelingsdier


Slide 20 - Tekstslide

Tussen -s
Als het 2e woord begint met een sisklank, hoor je de tussen-s niet goed: dorpsstraat , reddingsschip 

Vervang dan het 2e woord door een woord, waarbij je wel hoort of je een tussen-s moet schrijven: dorpskern, reddingsschip 
Zo weet je dat je bij dorpsstraat en reddingsschip een tussen -s schrijft.

Slide 21 - Tekstslide

Maken:
 5.5 Opdracht: 5, 8 en 9
Testjezelf: Engelse werkwoorden en samenstellingen
Kortverhaal

Slide 22 - Tekstslide

Doelen deze les
Volgende les



Afsluiting

Zijn er nog vragen?
Controleer of je huiswerk hebt

Slide 23 - Tekstslide