In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Wat is nou een feit, mening en argument?
Slide 1 - Tekstslide
De betekenis van deze begrippen nog even op een rijtje...
Feiten:een feit kun je controleren.
Meningen:een mening is iets wat iemand vindt. Je kan een mening niet altijd controleren want een mening kan bij de een anders zijn dan bij de ander. Argument:reden waarom je een bepaalde mening hebt, je verdedigt daarmee je mening.
Slide 2 - Tekstslide
Feit/mening
Noem een feit
Noem een mening
Noem een argument
Het paleis Noordeinde bestaat. Je kan er naar toe gaan en je kan het bestaan ervan controleren > internet en bronnen.
Slide 3 - Tekstslide
een feit:
Slide 4 - Woordweb
Feit/mening/argument
Noem een feit
Noem een mening
Noem een argument
Slide 5 - Tekstslide
een mening:
Slide 6 - Woordweb
Feit/mening/argument
Noem een feit
Noem een mening
Noem een argument
Slide 7 - Tekstslide
een argument:
Slide 8 - Woordweb
Argumenten kun je herkennen aan signaalwoorden. Woorden als want, omdat, en immers geven aan dat er een argument volgt.
Of aan de woorden ik vind....., ik ben van mening...
Slide 9 - Tekstslide
Staat hier een feit, mening of argument?
Omdat hij vreemde ideeën heeft.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
Slide 10 - Quizvraag
Staat hier een feit, mening of argument?
Omdat hij goede standpunten heeft.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
Slide 11 - Quizvraag
Staat hier een feit, mening of argument?
Uit onderzoek blijkt dat roken slecht is voor je gezondheid.
A
Feit
B
Mening
C
Argument
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het belangrijkste dat je deze les hebt geleerd?