Aanloop van KA 32 'De arbeidersklasse'

KA 32 'De Arbeidersklasse'
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

KA 32 'De Arbeidersklasse'

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:
Wat was er ook alweer aan de hand? 

Het ontstaan van de Arbeidersklasse

Het leven als een arbeider in de ijzeren eeuw

Slide 2 - Tekstslide

1700-1800 'eeuw van de verlichting'
1800-1900 ijzeren eeuw
Start verlichting
Verlicht absolutisme
&
Abolitionisme
FR revolutie 
(democratisch)
Nieuwe landbouwtechnieken
Congres van Wenen 1815

Industriële revolutie
Giga- bevolkingsgroei

Slide 3 - Tekstslide

1700-1800 'eeuw van de verlichting'
1800-1900 ijzeren eeuw
Start verlichting
Verlicht absolutisme
&
Abolitionisme
FR revolutie 
(democratisch)
Nieuwe landbouwtechnieken
Congres van Wenen 1815

Industriële revolutie
Giga- bevolkingsgroei
KA 27  
KA 28 & KA 29
Oorzaken van KA 31
KA 30
KA 31
Einde van KA 30
BELANGRIJKE DIA 

Slide 4 - Tekstslide

Meer eten = minder dood = industriële revolutie
Bevolkingsgroei explodeert

Slide 5 - Tekstslide

Op welke voormalige 'stand' heeft deze demografische revolutie (bevolkingsgroei) het meeste invloed?
A
1e stand
B
2e stand
C
3e stand
D
Alle evenveel

Slide 6 - Quizvraag

Meer eten = minder dood = industriële revolutie
Van huisnijverheid naar fabrieksarbeid

Slide 7 - Tekstslide

Gevolgen van Industriële revolutie
Het boeren leven is niet meer rendabel

Mensen trekken massaal naar de stad waar werk te vinden is (Urbanisatie)

Ontstaan arbeidersklasse

Slide 8 - Tekstslide

Je kunt de samenleving verdelen in standen of in klassen. Leg voor elk van deze verdeling uit waarop ze gebaseerd zijn

(Anoniem)

Slide 9 - Open vraag

Zo was het eerst
Boer (of boeren knecht) 

Landwerk (lente zomer) of huisnijverheid
(Herfst en winter)

Relatieve bestaanszekerheid (onafhankelijk)

Wonen op boerderij of bij boer in huis. 

Kleine gemeenschap (dorp)

Slide 10 - Tekstslide

Arbeidersbestaan
Werken in de fabriek (16 uur per dag)

Weinig bestaanszekerheid (ontslag door overvloed)

Kleine huizen met veel inwoners

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Ancien Regime
Derde stand 'valt uit elkaar'


Slide 13 - Tekstslide

Ancien Regime
Fabrieksbazen
Fabrieksarbeiders

Slide 14 - Tekstslide

Hoe hoger in deze piramide je staat hoe......
A
Rijker je bent
B
Meer macht je hebt
C
Meer invloed je hebt
D
Groter de kans dat je groot woont

Slide 15 - Quizvraag

Fabriekseigenaren/industrieële
Kapitalisten (willen steeds meer winst maken)

Zo min mogelijk loon betalen
zo min mogelijk kosten maken
Zo groot mogelijke winst behalen


Slide 16 - Tekstslide

Fabriekseigenaren/industrieële
- Veelal waren dit eerst 'kleine middenstand' (smeden, schoenmakers, winkeliers, handelaars)

Geld maakt geld --> investeren in Fabrieken. 

Slide 17 - Tekstslide

Gevolgen
Fabriekswijken (hatert, neerbosch)

Kroeg, winkel, woningen zijn allemaal van de fabriek.



Slide 18 - Tekstslide

Ancien Regime
Fabrieksbazen
Fabrieksarbeiders

Slide 19 - Tekstslide

Leg uit waarom je de standenmaatschappij piramide na de industriële revolutie alleen nog kan gebruiken als je het hebt over de politiek.

Slide 20 - Open vraag

Tot snel!

Slide 21 - Tekstslide