Economisch bekeken - H2.4 Aardappeltechnologie (K) en H2.4 Betaald en onbetaald werk(B)

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 4

2.4 Aardappeltechnologie (K) 

Terugblik

De docent kijkt 30 proefwerken na in één uur.

Wat is de arbeidsproductiviteit van de docent per uur?

Reken uit!

Pak alvast je boek, rekenmachine en een pen!

In een bakkerij werken 6 medewerkers. In totaal bakken ze 3000 stokbroden per dag.

De arbeidsproductiviteit per werknemer is: ... stokbroden per dag

Reken uit!

Pak alvast je boek, rekenmachine en een pen!

• Met hoeveel procent is de   
    arbeidsproductiviteit gestegen
    tussen 2008 en 2012? Rond af 1
    één decimaal.
• (Nieuw - Oud)  x 100
               Oud
• (82.000 - 78.000) x 100 = 5,1 %
              78.000

Reken uit!

Pak alvast je boek, rekenmachine en een pen!

2.4 Aardappeltechnologie (K) 
2.4 Betaald en onbetaald werk (B)

Aan het eind van deze paragraaf kun je:

• uitleggen wat het begrip arbeidsmotief betekent en hier voorbeelden van
   noemen.
• uitleggen wat het begrip Arbowet inhoudt.
• uitleggen wat de voordelen en nadelen zijn van betaald werk.
• uitleggen wat het begrip innovatie betekent en het is.
• uitleggen wat het begrip marktonderzoek betekent *.

Wat gaan we leren?

Onbetaald werk

Betaald werk

Thuis (bijv. huishouden)

Buitenshuis (vrijwilligerswerk)

Loondienst (bij een baas)

Eigen onderneming

Betaald en onbetaald werk

• Een arbeidsmotief is een reden om te werken om te werken.

Arbeidsmotief betaald werk

• Geld verdienen
• Nuttig of zinvol bezig zijn
• Uitdagend werk
• Contacten met anderen
  

Voorbeelden onbetaald werk

• Zorgen voor de kinderen

Arbeidsmotieven voor (on)betaald werk

Je kunt fulltime werken en parttime werken. In 2022 werkte 48% parttime en 52% fulltime.

• Een fulltimebaan is een baan van 
    36 uren of meer per week.
• Een parrtimebaan is een baan van
    minder dan 36 uren per week.

Deeltijd en voltijd

Fulltime of parttime werken?

Je werkt alleen wanneer de werkgever je nodig heeft, bijvoorbeeld een uitzendkracht of een oproepkracht.

Flexwerker / Uitzendbureau

• Arbeidsomstandigheden is alles
    wat werken prettig of minder
    prettig maakt (veiligheid en
    gezondheid).
• Arbeidsomstandigheden
   kunnen goed of slecht zijn.
• Voorbeelden: werkdruk, rust- en
    pauzetijden, temperatuur,
    veiligheid, bescherming etc.

Arbeidsomstandigheden

De Arbowet is de wet waarin staat dat dewerkgever moet zorgen voor goede arbeidsomstandigheden.

Voorbeelden: Een bouwvakker moet een helm op en een lasser moet een lashelm.

Arbowet

• Innovatie betekent de ontwikkeling van een nieuw product of een nieuwe productiemethode.

Innovatie

• Arbeidsomstandigheden
   veranderen (Thuis werken)
• Bedrijven verhogen hun   winst door verkoop meer
   producten of hogere
   arbeidsproductiviteit
• De werkgelegenheid kan
   hierdoor stijgen

Gevolgen van innovatie

Innovatie gericht op producenten (bedrijven)

Betere en snellere machines

Levert meer winst op door lagere kosten voor producent

Innovatie gericht op consumenten (klanten)

Verbetering van het eindproduct

Levert meer vraag naar het product op en zorgt voor hogere omzet

Soorten innovatie

• Marktonderzoek is het onderzoek naar de vraat van mogelijke klanten naar een product en het aanbod van dit product door andere bedrijven op een markt.

Marktonderzoek

LEZEN 

blauwe theorieblokken

Hoofdstuk 2 par. 4

Bladzijde 54 en bladzijde 55

VRAGEN?

OPDRACHTEN

• 
   Kader: Maak de opgaven 1 t/m 11 op bladzijde 54 t/m
   57 van werkboek 4A! 
• Klaar? Dan heb je geen huiswerk voor de volgende les!
  
  
  
  

Rood = Zelfstandig en stil werken. 

Geel = Fluisteren en overleggen toegestaan

Groen = Praten

EXAMENOPGAVE

Huiswerk voor de volgende les:

• Basis: Maak de opgaven 1 t/m 27 op
    bladzijde 46 t/m 48 van werkboek 4A!
  
  
• Kader: Maak de opgaven 1 t/m 11 op
    bladzijde 54 t/m 57 van werkboek 4A! 

Huiswerk

Bedankt en fijne dag!