Opdracht 2 vraag en aanbod
Opdracht 2 Vraag en AanbodLees de theorie uit paragraaf 5.1 over de begrippen ‘vraag’ en ‘aanbod’. Begin daarna aan de opdracht.
Vraag 1:Neem de volgende stellingen over in je verslag en geef aan of dit vraagof aanbodis. Doe dit door het juiste antwoord dikgedrukt te maken.
Stelling 1: Tony Chocolonely brengt een nieuw smaak op de markt: Vraag of Aanbod?
Stelling 2: Meneer Schatorjé is op zoek naar een nieuw huis: Vraag of Aanbod?
Stelling 3: Voor het schoolfeest is het Metzocollege op zoek naar een locatie: Vraag of Aanbod?
Stelling 4: Op de rommelmarkt verkoop je je oude spullen: Vraag of Aanbod?
Stelling 5:Mevrouw Visser heeft een nieuwe computer nodig: Vraag of Aanbod?