Stel het onderwerp van de zinnen vast. Noteer of het onderwerp iets
doet of iets
is/wordt.
Zal de coördinator vanwege het mooie weer op een ijsje trakteren?
Afgelopen zaterdag is de uitverkoop een succes geweest.
- is een succes geweest (ng)
Sommige dingen blijven nu eenmaal voor altijd raadselachtig.
- blijven raadselachtig (ng)
Op plechtige wijze zal de voorzitter de medailles overhandigen.