HRM Quiz hoofdstuk 5

Hester voelt zich weer fit maar blijft nog een dagje thuis.
Van welk soort verzuim is hier sprake?
A
Wit
B
Zwart
C
Grijs
1 / 12
volgende
Slide 1: Quizvraag
BurgerschapMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hester voelt zich weer fit maar blijft nog een dagje thuis.
Van welk soort verzuim is hier sprake?
A
Wit
B
Zwart
C
Grijs

Slide 1 - Quizvraag

Tijdens de apres ski valt Anton van de bar en breekt zijn been?
Van wat voor soort verzuim is hier sprake?
A
Wit
B
Zwart
C
Grijs

Slide 2 - Quizvraag

Bas is weer aan het werk maar voelt zich nog niet fit, er komt niet zoveel uit zijn handen.
Van wat voor soort verzuim is hier sprake?
A
Wit
B
Zwart
C
Grijs

Slide 3 - Quizvraag

Noem de drie oorzaken van Grijs verzuim

Slide 4 - Open vraag

Een medewerker meld zich ziek. Wanneer moet je dit melden aan de bedrijfsarts?

A
Zo snel mogelijk (in ieder geval binnen een week)
B
In week 6
C
Tussen week 6 &8

Slide 5 - Quizvraag

Waarom is de wet verbetering poortwachter (WPV) ingesteld?

Slide 6 - Open vraag

In de wet poortwachter wordt er in week 6 een probleemanalyse gemaakt. Wie maakt deze?
A
De medewerker
B
De bedrijfsarts
C
De leidinggevende
D
De leidinggevende samen met de medewerker

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer moet het plan van aanpak gemaakt zijn?
A
in week 6-8
B
in week 42
C
elke 6 weken
D
in week 87

Slide 8 - Quizvraag

Een medewerker is in zijn 2e ziekte jaar. Het bedrijf betaald hem
A
70% van het salarid maar niet minder dan het minimumloon
B
70% van het salaris

Slide 9 - Quizvraag

Wat is er geregeld in de arbeidstijdenwet?

A
De werktijden rusttijden en regeling rondom feestdagen
B
De werktijden en het aantal vakantiedagen
C
De vakantiedagen, rusttijden en feestdagenregeling

Slide 10 - Quizvraag

Jos heeft 6 uren gewerkt. Hoeveel pauze moet hij nemen?
A
minimaal 15 minuten
B
maximaal een half uur
C
minimaal een half uur

Slide 11 - Quizvraag

Sharon werkt 12 uur per dienst. Hoeveel dagen mag zij werken in de week?

A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 12 - Quizvraag