In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Rechten en plichten
in de complementaire zorg
Slide 1 - Tekstslide
Inhoud
Rechten & plichten zorggever
Rechten & plichten cliënt
Beroepsscode
Complementaire zorg en behandeling
Nabespreken + opdracht
Slide 2 - Tekstslide
Maar wist je ook dat je niet de behandeling hoeft te geven die je patiënt of zijn naaste wenst?
Slide 3 - Tekstslide
In de WGBO staan alle rechten en plichten van de zorgverlener en patiënt. Zo heb je het recht om:
A
Je eigen beslissingen te nemen op basis van kennis en kunde
B
Te weigeren behandelingen uit te voeren
Slide 4 - Quizvraag
Plichten Welke van onderstaande plichten hoort NIET bij de plichten van zorggever?
A
Goede zorg te geven aan een patiënt
B
Medisch noodzakelijke zorg te geven
C
Identiteit van de patiënt te controleren voordat je zorg geeft
D
De patiënt zijn wensen zorgwens te vervullen
Slide 5 - Quizvraag
Onze cliënten/patiënten hebben ook rechten. Welk recht hoort hier niet tussen?
A
recht op privacy,
B
recht op klagen
C
recht op vergoeding
D
recht op geheimhouding
Slide 6 - Quizvraag
Kan een cliënt/patiënt tegen zij/haar wil in behandeld worden? Waarom wel waarom niet?
Slide 7 - Open vraag
Nee omdat:
- Toestemming geven
- Overleggen, doel, aanpak & gevolgen van hulp
- Schriftelijk vastleggen
- Toestemming kan altijd worden ingetrokken
Slide 8 - Tekstslide
Informeren van de cliënt Welke van de onderstaande uitspraken is niet waar?
A
U bent verplicht de cliënt in begrijpbare taal uitleg te geven
B
U bent verplicht de mogelijke risico's te bespreken
C
Informatie die de cliënt niet wil weten hoeft u niet te behandelen
D
U bent verplicht informatie te delen met familie leden
Slide 9 - Quizvraag
Als hulpverlener heb je geheimhoudingsplicht
Waar,
alleen met toestemming of als deze persoon of wettelijk gerechtigd is mag je info verstrekken
WaarAlleen de cliënt mag informatie
NietwaarJe mag de
NietwaarJe mag informatie delen met betrokkenen.
Slide 10 - Poll
Beroepscode
De patiënten/cliënten kunnen uit de Beroepscode beroepsbeoefenaren binnen de complementaire zorg opmaken wat zij van een beroepsbeoefenaar kunnen en mogen verwachten
Slide 11 - Tekstslide
Wat zijn de basiswaarden in de CZ?
Slide 12 - Woordweb
Wanneer mag een zorgverlener complementaire interventies bieden?
A
Altijd
B
Wanneer de zorgvrager en zorg dit toestaan
C
Wanneer de zorgvrager en familie dit toestaan
D
Wanneer de zorgvrager dit toestaat
Slide 13 - Quizvraag
Verschil tussen CZ en CB
CZ = aanvulling op bestaande zorg
Doel: ontspanning bieden en welbevinden vergroten.
Gericht op algemene ontspanning
CB = aanvulling op geneeskunde therapie
Doel: genezen. Gericht op ziekte en specifieke interventies