H1 getallen 1.6 Wetenschappelijke notatie

WISKUNDE - H1 getallen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

WISKUNDE - H1 getallen

Slide 1 - Tekstslide

WISKUNDE - H1 getallen
1.5 Machten - terugblik
Vragen over het huiswerk?

Slide 2 - Tekstslide

Bereken
(rond af op 2 decimalen)
5,54
Hoe zat het ook al weer?

Slide 3 - Open vraag

Bereken op je rekenmachine
en rond af op 2 decimalen.
30,8
Hoe zat het ook al weer?

Slide 4 - Open vraag


Bereken 
(-5)² en -1²
Hoe zat het ook al weer?
A
-25 en 1
B
25 en -1
C
25 en 1
D
-10 en -2

Slide 5 - Quizvraag


Wat zijn de uitkomsten van de volgende berekeningen?
60 : -3 = ...,   -5 x 4 = ...,  -2 x 10 = ...
Hoe zat het ook al weer?
A
20, 20, 20
B
-20, -20, -20
C
20, -20, -20
D
20, -20, 20

Slide 6 - Quizvraag


Zet het juiste getal op de open plaats.
12 x ... = 36,   ... x 5 = 15,  -30 : -10 = ...
Hoe zat het ook al weer?
A
3, 3, 3
B
-3, -3, 3
C
-3, 3, 3
D
-3, 3, -3

Slide 7 - Quizvraag


Welke getallen zijn 
veelvouden van 12?
Hoe zat het ook al weer?
A
3, 4, 6
B
2, 3, 6
C
6, 12, 18
D
12, 24, 120

Slide 8 - Quizvraag


Welk getal is juist afgerond?
Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn
Hoe zat het ook al weer?
A
36,92511 ≈ 37,0
B
71,5611 ≈ 71,5
C
421,549 ≈ 421,5
D
3,65101 ≈ 3,6

Slide 9 - Quizvraag


20 is  ...
van de getallen 80 en 4
Hoe zat het ook al weer?
A
het verschil
B
de som
C
het product
D
het quotiënt

Slide 10 - Quizvraag

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Bij een macht ga je een getal een aantal keer met zichzelf vermenigvuldigen. De uitkomst van de berekening kan een heel groot getal zijn.
Bereken maar eens       op je rekenmachine.

69

Slide 11 - Tekstslide

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Soms is de uitkomst van een berekening zo'n groot getal dat het niet meer als gewoon getal op je rekenmachine getoond kan worden. Je rekenmachine geeft het antwoord in de wetenschappelijke notatie.
Bereken op je rekenmachine: 
Wat is de uitkomst?

506

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
is een voorbeeld van de wetenschappelijke notatie
5,2105
De wetenschappelijke notatie bestaat ALTIJD uit twee delen. 
Het eerste deel is een getal tussen de 1 en 10. 
Het tweede deel is een macht met het grondtal 10

Slide 14 - Tekstslide

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Machten van 10 in 'gewone woorden'
10² = honderd (1 met 2 nullen)
10³ = duizend (1 met 3 nullen)
10⁴ = tienduizend
10⁵ = honderdduizend
10⁶ = miljoen
10⁷ = tien miljoen (1 met 7 nullen)
10⁸ = honderd miljoen
10⁹ = miljard (1 met 9 nullen)

Slide 15 - Tekstslide

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Getallen moet je op twee manieren kunnen opschrijven
als gewoon getal en als getal in de wetenschappelijke notatie.
6,8 x 10³ = 6,8 x 1 000 = 6 800
Kijk goed wat er met de komma gebeurt.

9,1 x 10⁷ = 9,1 x 10 000 000 = 91 000 000
Handige tussenstap

Slide 16 - Tekstslide

Wat is een tussenstap om 15 000 in de wetenschappelijke notatie te schrijven?
A
15 x 1000
B
15 duizend
C
1,5 x 10 000
D
15³

Slide 17 - Quizvraag

Welke notatie is in
de wetenschappelijke notatie?
A
24 x 10⁷
B
5 x 10²³
C
1,3 x 8⁵
D
10,4 x 10⁹

Slide 18 - Quizvraag

Hoe schrijf je 20 miljoen
in de wetenschappelijke notatie
A
20 x 10⁶
B
2 x 10⁶
C
20 x 10⁷
D
2 x 10⁷

Slide 19 - Quizvraag

Plaats de notaties op de juiste plaats


Wetenschappelijke
Notatie
GEEN
Wetenschappelijke
notatie
11 x 10²
2 x 9³
4 x 10⁵
6,9 x 10⁴
3⁹ x 10
2,03 x 10⁶
2 x 1⁶

Slide 20 - Sleepvraag

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Hele grote getallen worden meestal in de wetenschappelijke notatie geschreven. Je rekenmachine doet dit automatisch. De notatie bestaat uit twee delen.

Maak de opdrachten 48 t/m 58

Dit betekent ook NAKIJKEN met een ANDERE kleur.

Slide 21 - Tekstslide