Noteer van elk product de informatie in het schema (blz. 234)
Kies drie afbeeldingen van de huisstijl
Bedenk de tekst voor de flyer
Slide 3 - Tekstslide
Informatie noteren
Slide 4 - Tekstslide
Kies een product en bekijk de huisstijl
Logo
Lettertypes
Kleuren
Afspraken over tekst en beeld
fotografiestijl
Slide 5 - Tekstslide
Logo
Slide 6 - Tekstslide
Lettertypes
Slide 7 - Tekstslide
Kleuren
Slide 8 - Tekstslide
Fotografiestijl
Slide 9 - Tekstslide
Tekstmateriaal bedenken
Belangrijkste onderdeel. Is groot aanwezig en valt als eerste op.
Ondertitel is een titel die meer uitleg geeft over de titel. Het wordt kleiner weergegeven, maar valt alsnog meer op dan andere stukken tekst.
Een kop (of inleidende tekst) wordt vaak gebruikt aan het begin van een alinea.
Een alinea (of kerntekst) is een stuk tekst dat uit meerdere zinnen bestaat. Het wordt vaak in een kleiner lettertype weergegeven. Een alinea bevat veel informatie.
Een voettekst (of afsluitende tekst) is de tekst die onderaan de flyer staat. Hier vind je praktische informatie. Bijvoorbeeld: een verwijzing naar de website.