Basis fysieke en mentale fitheid Theorie trainingsleer trainingswetten

Welkom KE4/OPERATIONEEL INZETBAAR
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
SportMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom KE4/OPERATIONEEL INZETBAAR

Slide 1 - Tekstslide

Afspraken

Slide 2 - Tekstslide

Doelen over, operationeel inzetbaar
Binnen deze les leer ik de vijf belangrijkste dingen over trainen: wat past bij je sport (specificiteit), steeds een beetje zwaarder trainen (progressieve overload), tijd nemen om te herstellen (herstel),  dat je achteruit gaat als je stopt (reversibiliteit). 

Daarna gebruik ik deze kennis om in twee les weken een eigen trainingsplan te maken voor jouw portfolio-opdracht. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat weten jullie nog van de vorige lessen? 
Beantwoord de volgende vragen


Slide 4 - Tekstslide

Wat verstaan wij ook alweer onder fysieke training?
A
De conditie te verbeteren door te gaan hardlopen
B
Goed en veel eten om fit te blijven
C
Alle lichamelijke activiteiten om je functie te vervullen
D
Iedere dag een sport doen die je leuk vindt

Slide 5 - Quizvraag

Welke hartslagzone is normaal in rust?
A
20-40
B
51-100
C
70-120
D
45-105

Slide 6 - Quizvraag

Wat is geen effect van een goede warming-up?
A
De hartslag gaat omhoog
B
De kans op blessures wordt kleiner
C
De spieren worden opgewarmd
D
Je verbrandt tijdens de training meer calorieën

Slide 7 - Quizvraag

Nieuwe theorie

Slide 8 - Tekstslide

Wat weet je nog van trainingsregels?

Slide 9 - Woordweb

Trainingsprincipes 
5. Supercompensatie

Slide 10 - Tekstslide

Supercompensatie
 "is het herstel van het lichaam na een trainingsimpuls tot boven het oorspronkelijk niveau".


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wat houdt de wet van de specificiteit in?
timer
0:30

Slide 13 - Open vraag

1

Slide 14 - Video

00:53
Vind jij dit een specifieke warming voor deze sport?

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Progressieve belasting (Overload)
Door het gewicht te verhogen
Door meer herhalingen te doen in de training
Door de rust tijd te verkorten

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Wat is supercompensatie?

A
Naarmate je prestatieniveau hoger is wordt het verbeteren van je niveau steeds moeilijker
B
Rusten
C
Verbeteringen die geleidelijk zijn ontstaan, verdwijnen snel.
D
Je lichaam wil zich na een training en rust over compenseren

Slide 21 - Quizvraag

Hoe ga je de trainingswetten toepassen in een trainingschema?

Slide 22 - Open vraag

Welke trainingswetmatigheid zie je hier?
timer
0:30
A
Wet van de verminderde meeropbrengst
B
Omkeerbaarheid
C
Specificiteit
D
Duurzaamheid

Slide 23 - Quizvraag

Een training is pas een prikkel wanneer het lichaam uit balans wordt gebracht

Welk training principe bedoelen we hiermee?
A
Overload
B
Specificiteit
C
Wet van de verminderde meeropbrengst
D
Reversibiliteit

Slide 24 - Quizvraag

Welke trainingswetmatigheid zie je hier?
timer
0:30
A
Wet van de verminderde meeropbrengst
B
Reversibiliteit
C
Specificiteit
D
Duurzaamheid

Slide 25 - Quizvraag


Welke trainingswetsmatigheid zie je hier?
A
Wet van de verminderde meeropbrengst
B
Omkeerbaarheid
C
Specificiteit
D
Duurzaamheid

Slide 26 - Quizvraag

Wat is geen onderdeel van de clucks
A
Mentale kracht
B
Snelheid
C
Lenigheid
D
Coördinatie

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide