u1k Cursus 7 Spelling 3 verlengproef

Welkom
  • Ga rustig zitten.
  • Doe je boek alvast open
    op bladzijde 226-227.
  • Pak je schrift en een pen.



timer
3:00
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
  • Ga rustig zitten.
  • Doe je boek alvast open
    op bladzijde 226-227.
  • Pak je schrift en een pen.



timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

1. De planning tot aan het SO doornemen.
2. Verder met Cursus 7 Spelling.
3. De opdrachten van
§1 Hoofdletters en §2 Leestekens (af)maken en beginnen aan §3.

In deze les gaan we

Slide 2 - Tekstslide

Datum
Onderdeel
Vandaag (16 jan)
Spelling §3 Verlengproef
Dinsdag (17 jan)
Spelling §4 Meervouden
Donderdag (19 jan)
Leesvaardigheid + opdracht 
Maandag (23 jan)
Spelling §5 Verkleinwoorden
Dinsdag (24 jan)
SO Spellling §1 t/m 5

Slide 3 - Tekstslide

De lesdoelen
  • Je kunt uitleggen wanneer we hoofdletters moeten gebruiken.
  • Je kunt leestekens (? ! .) op de juiste manier gebruiken.
  • Je kunt bepalen of je aan het einde van een woord een -d of -t moet schrijven.

Slide 4 - Tekstslide

6.2

Slide 5 - Tekstslide

Hoofdletters
  • Waarom gebruiken we eigenlijk hoofdletters?
  • In welke situaties gebruiken we  hoofdletters?
cursus 7, paragraaf 1

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdletters
  • Aan het begin van elke zin:
    In het najaar kleuren bladeren de straat oranje en geel.
  • Bij namen van mensen, dieren of dingen. Emiel, Bijlsmastraat, Leeuwarden, Mercedes. 
  • Bij woorden die van namen zijn afgeleid. Haarlemse boekhandel, Wilhelminastichting, Rotterdamse, Engelse.
je schrijft hoofdletters:
cursus 7, paragraaf 1

Slide 7 - Tekstslide

Afmaken
H7 Spelling
§1: Hoofdletters
§2: Einde van de zin
Bladzijde 222-225
 
Kijk even naar welke opdrachten je nog niet hebt gemaakt. Probeer deze binnen de tijd af te ronden.


waar?
wat?
timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Soms kun je niet horen of een woord op een -d of
een-t eindigt. De laatste klank van de woorden olifant, zwart, paard en verwond klinken allemaal als een -t.

Hoe kun je erachter komen of je een -d of een -t aan het einde van een woord schrijft?
Laatste letter -d of -t?

Slide 9 - Tekstslide

Controleer eerst of het woord de persoonsvorm is. Zo niet, maak het woord langer door er -e, -en, of -eren achter te zetten.
Hoor je een -t? Dan schrijf je die ook.
Hoor je een -d? Dan schrijf je die ook.
Olifant -> olifanten, verwond -> verwonden
De verlengproef

Slide 10 - Tekstslide

6.2

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat
Cursus 7, paragraaf 3, opdracht 1 t/m 5.
Hoe
In je boek (bladzijde 226-227) en je schrift.
Hulp
Eerst buurman/buurvrouw vragen, daarna vinger omhoog als je het niet begrijpt.
Tijd
15 minuten.

Uitkomst
Je kunt de verlengproef gebruiken om te weten of je een woord met een -d of een -t eindigt.
We gaan het na de tijd bespreken.
Klaar
Maak opdracht 6 of oefen online verder via Magister leermiddelen.
timer
15:00
Oefenen

Slide 13 - Tekstslide

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?

In verband met het onweer werd de wedstrijd van zaterdag op sportpark rotterdam verplaatst.

A
onweer
B
wedstrijd
C
sportpark
D
rotterdam

Slide 14 - Quizvraag

Herschrijf de zin met hoofdletters.
hebben jullie gehoord dat meneer van alphen jarig is vandaag?

Slide 15 - Open vraag

Herschrijf de zin met hoofdletters.
bij de albert heijn koopt jack elke pauze een reep van het merk milka.

Slide 16 - Open vraag

Met welke leesteken eindig je deze zin?
Hebben jullie gehoord dat meneer Van Alphen de jarig is vandaag

Slide 17 - Open vraag

Met welke leesteken eindig je deze zin?
De Eredivisie is weer begonnen

Slide 18 - Open vraag

Schrijf een woord dat je zowel met een -d als een -t aan het einde kunt spellen.

Slide 19 - Open vraag

Einde van deze les!
Je weet nu:
  • Waarom we hoofdletters schrijven.
  • Wanneer je welke leestekens (? ! .) gebruikt.
  • Hoe je moet bepalen of een -d of een -t aan het einde van een woord moet schrijven.

Slide 20 - Tekstslide

De lesdoelen
  • Je kunt uitleggen wanneer we hoofdletters moeten gebruiken.
  • Je kunt leestekens (? ! .) op de juiste manier gebruiken.
  • Je kunt bepalen of je aan het einde van een woord een -d of -t moet schrijven.

Slide 21 - Tekstslide