GH3.fa1 Huiswerk voor 8 oktober

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 160 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Instructie 
Maak de opdrachten in je werkboek
Chapitre 2
Bron B (blz. 62-64)
ex. 9ab, 10abcd 
Chapitre 1
Bron H
ex. 29abcd


Bekijk de hele LessonUp!

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

blz. 86
leren F-N

Slide 4 - Tekstslide

blz. 63

Slide 5 - Tekstslide

ex. 9b

Slide 6 - Tekstslide

blz. 62
9a: Lees de titel en de introductie. Beantwoord de vragen in et Nederlands.
9b: Lees de tekst en beantwoord de vragen. Onderstreep in de tekst waar je je antwoord hebt gevonden.

Slide 7 - Tekstslide

ex. 10 blz. 64

Slide 8 - Tekstslide

blz. 44 - 46

Slide 9 - Tekstslide

Bekijk de volgende video
Over het gebruiken van een regelmatig werkwoord dat op ER eindigt.
There is also an ENGLISCH VIDEO!

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Bekijk de volgende video
Over het gebruiken van een regelmatig werkwoord dat op RE eindigt.
There is also an ENGLISCH VIDEO!

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Maak nu de opdrachten
in je werkboek.

Slide 16 - Tekstslide

stam = het werkwoord zonder er /re

donner = donn
aimer = aim
chanter = chant
vendre = vend
rendre = rend
confondre = confon
Uitgang = de letters die je achter de stam toevoegt als je een werkwoord gaat gebruiken


er

je + e
tu + es
il / elle / on + e

nous + ons
vous + ez
ils / elles +ent
re

je + s
tu + s
il / elle / on + -

nous + ons
vous + ez
ils / elles +ent

Slide 17 - Tekstslide

blz. 44
Onderstreep de uitgangen van de werkwoorden die op -er eindigen en die op re eindigen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

ex. 29 blz. 45
29c: onderstreep de werkwoordsvormen van de -re werkwoorden.
29d: Vul de juiste werkwoordsvorm in.
réponds?

Slide 20 - Tekstslide

Begrijp je hoe een regelmatig werkwoord op -re wordt gebruikt?
A
oui
B
non
C
c.
D
d.

Slide 21 - Quizvraag


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide