T5 Regeling Check BS 1 + 2
P geeft een uitloper aan.
A
Juist
B
Onjuist
1 / 10
Onderdelen in deze les
P geeft een uitloper aan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 1 - Quizvraag
Via deel Q kunnen
impulsen worden geleid.
impulsen worden geleid.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 2 - Quizvraag
Welke zenuwcellen geleiden impulsen van het centrale zenuwstelsel naar je zweetklieren?
A
Bewegingszenuwscellen
B
Gevoelszenuwcellen
C
Schakelcellen
Slide 3 - Quizvraag
Van welke zenuwcellen liggen de cellichamen buiten het centrale zenuwstelsel?
A
Bewegingszenuwscellen
B
Gevoelszenuwcellen
C
Schakelcellen
Slide 4 - Quizvraag
Van welke zenuwcellen liggen de cellichamen buiten het centrale zenuwstelsel?
A
Bewegingszenuwscellen
B
Gevoelszenuwcellen
C
Schakelcellen
Slide 5 - Quizvraag
Van welke zenuwcellen liggen de cellichamen buiten het centrale zenuwstelsel?
A
Bewegingszenuwscellen
B
Gevoelszenuwcellen
C
Schakelcellen
Slide 6 - Quizvraag
Van welke zenuwcellen liggen de cellichamen buiten het centrale zenuwstelsel?
A
Bewegingszenuwscellen
B
Gevoelszenuwcellen
C
Schakelcellen
Slide 7 - Quizvraag
Van welke zenuwcellen liggen de cellichamen buiten het centrale zenuwstelsel?
A
Bewegingszenuwscellen
B
Gevoelszenuwcellen
C
Schakelcellen
Slide 8 - Quizvraag
Van welke zenuwcellen liggen de cellichamen buiten het centrale zenuwstelsel?
A
Bewegingszenuwscellen
B
Gevoelszenuwcellen
C
Schakelcellen
Slide 9 - Quizvraag
Van welke zenuwcellen liggen de cellichamen buiten het centrale zenuwstelsel?
A
Bewegingszenuwscellen
B
Gevoelszenuwcellen
C
Schakelcellen
