Over de vraag wie de 'bijzondere' scholen moest betalen, ontstond een langdurig conflict.
In deze schoolstrijd stonden de confessionelen (protestanten en katholieken) tegenover de liberalen en socialisten.
De confessionelen wilden dat het bijzonder onderwijs betaald werd, de liberalen en socialisten vonden dat niet nodig.
Uiteindelijk werd er een compromis gesloten. Bijzondere scholen werden betaald, in ruil daarvoor gingen de confessionelen akkoord met het algemeen kiesrecht.