Het weer

 Weer en klimaat 
Streefdatum: 18 juni

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

 Weer en klimaat 
Streefdatum: 18 juni

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij 'het weer'?

Slide 2 - Woordweb

Leerdoelen
Je beschrijft wat weer is.

Je beschrijft het weerelement 'temperatuur'.
Je beschrijft het weerelement ‘wind’.
Je beschrijft het weerelement ‘neerslag’.
Je beschrijft het weerelement ‘bewolking’.





Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

De vier weer elementen 




temperatuur
hoeveelheid wind
neerslag
bewolking

Slide 5 - Tekstslide

Hoe ontstaat het weer? 
Het weer is de toestand van de dampkring op een bepaald moment en op een bepaalde plaats.

Het weer is dus plaatselijk en tijdelijk. 

Slide 6 - Tekstslide

Waar ontstaat het weer?
A
In de wolken
B
In de dampkring
C
Op de aarde
D
Op de evenaar

Slide 7 - Quizvraag

Temperatuur 
De temperatuur geeft aan hoe warm of koud het is . 

De zonnestralen bereiken de evenaar eerder. Ze zijn dan nog warm en krachtig.

Slide 8 - Tekstslide

Welke factoren hebben nog meer invloed op de temperatuur?

Slide 9 - Open vraag

Oceaan en windrichting
Relief (bergen)

Slide 10 - Tekstslide

Waar denk je aan bij de 'wind' ?
(Ik bedoel geen wind uit je kont)

Slide 11 - Woordweb

Wind
In de lucht zijn luchtdeeltjes en die zijn opzoek naar balans. 
Er moeten er overal evenveel zijn. 

Hoge druk gebied: veel deeltjes 
Lage druk gebied: weinig deeltjes

Slide 12 - Tekstslide

Leg in je eigen woorden uit hoe de wind ontstaat

Slide 13 - Open vraag

Neerslag
Neerslag is water dat in verschillende vormen uit de dampkring valt. 

De meeste neerslag valt in de vorm van regen, sneeuw of hagel.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

3 soorten neerslag 
Stijgingsneerslag
Deze ontstaat doordat er warme lucht opstijgt.

Terwijl de warme lucht opstijgt, koelt deze weer af. Door de afkoeling ontstaan druppels, en deze vallen uiteindelijk naar beneden. Dit gebeurt vooral veel in gebieden rond de evenaar.

Slide 16 - Tekstslide

Stuwings-
neerslag 
Deze ontstaat in bergachtige gebieden. 

De lucht botst op de berg en wordt daardoor omhoog gestuwd. De lucht gaat dan stijgen en koelt af. Er ontstaat neerslag. 

Slide 17 - Tekstslide

Frontale neerslag
 Deze ontstaat als warme lucht  en koude lucht botsen met elkaar. 
De warme lucht wordt omhoog geduwd. Door de stijging koelt de warme lucht af. Er ontstaat neerslag.
Vaak in NL !

Slide 18 - Tekstslide

Welke soort neerslag ontstaat er bij de bergen?
A
Frontale neerslag
B
Stijgingsneerslag
C
stuwingsneerslag

Slide 19 - Quizvraag

Na een hele hete dag valt er neerslag. Hoe heet deze neerslag?
A
Frontale neerslag
B
Stijgingsneerslag
C
Stuwingsneerslag

Slide 20 - Quizvraag

Welke neerslag komt er het vaakst in Nederland voor?
A
Frontale neerslag
B
Stijgingsneerslag
C
Stuwingsneerslag

Slide 21 - Quizvraag

Wolken
Invloed op het weer. 
Hoge temperatuur: de lucht op de aarde kan niet weg door de wolken 
Lage temperatuur: het is zo bewolkt dat de zonnestralen de aarde niet kunnen bereiken 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Werkdoelen maken 

Maak de werkdoelen bij: 
- wat is het weer? 
- weer in het dagelijks leven

Succes!

Slide 24 - Tekstslide