5.1 Communicatie

Bespreken
  1. Wat vond je van de uitzending?
  2. Waar staan de blauwe ogen en bruine ogen voor in onze maatschappij?
  3. Hoe kun je zien dat de bruine ogen de macht hebben over de blauwe ogen?
  4. Waar staan de borden voor die in de ruimte hangen? En wat voor teksten stonden erop?
  5. Waar hebben de mensen met blauwe ogen het meeste moeite mee? 
  6. Wat vond je sterk aan Seyda? (degene die het experiment leidde)
  7. Hoe moet je eigenlijk tegen discriminatie en racisme ingaan volgens de experts?
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bespreken
  1. Wat vond je van de uitzending?
  2. Waar staan de blauwe ogen en bruine ogen voor in onze maatschappij?
  3. Hoe kun je zien dat de bruine ogen de macht hebben over de blauwe ogen?
  4. Waar staan de borden voor die in de ruimte hangen? En wat voor teksten stonden erop?
  5. Waar hebben de mensen met blauwe ogen het meeste moeite mee? 
  6. Wat vond je sterk aan Seyda? (degene die het experiment leidde)
  7. Hoe moet je eigenlijk tegen discriminatie en racisme ingaan volgens de experts?

Slide 1 - Tekstslide

Media
Welkom k3a
Pak alvast je boeken en log in via lessonup

Slide 2 - Tekstslide

5 Media
5.1 Communicatie
Programma 

  • Intro thema Media 
  • Verslaafd aan mobiel/social media
  • Lezen: 5.1 Communicatie 
  • Opdrachten
  • Terugblik

Slide 3 - Tekstslide

0

Slide 4 - Video

Maak deze quiz en kom er achter of jij digitaal in balans bent

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Slide 7 - Video

Instagram en tiktok passen het meest bij de volgende functie:
A
Kennis en nieuws
B
Ontspanning
C
contact
D
Laten zien wie je bent of wilt zijn

Slide 8 - Quizvraag

Welke functie van de media gebruik jij het meest?
A
kennis en nieuws
B
ontspanning
C
Contact
D
Laten zien wie je bent / wilt zijn

Slide 9 - Quizvraag

Uitleg praktische opdracht Media
  • Twee onderdelen: Wat is de invloed van de media?  
  • Creëer je eigen nepnieuws en (deel het op social media)
  • Je maakt de opdracht alleen.
  • Het is voor een cijfer en telt 15% mee.
  • Inleverdatum uiterlijk vrijdag 2 februari februari. Via Magister bij opdrachten.
  • Zelfstandig: Neem de opdracht verder door en ga alvast aan de slag met de inleiding en stap 1

Slide 10 - Tekstslide

5 Media
5.1 Hoe communiceer je?
Leerdoelen:

  1. Je kunt uitleggen op welke manieren je kan communiceren
  2. Je weet welke vier onderdelen er binnen communicatie zijn
  3. Je kunt een voorbeeld noemen van een medium en massamedia
  4. Je kunt uitleggen waarom internet als basisbehoefte kan worden gezien


Slide 11 - Tekstslide

5 Media
5.1 Communicatie



We gaan samen lezen.
Doe je lesboek open op bladzijde 70 en 71

Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag
  • Lesboek: 70 en 71
  • Werkboek: 1 t/m 10 (Blz 82 - 84 van je werkboek) 
  • Zelfstandig werken. Weet je het antwoord niet? 
  • Lees de theorie nog eens goed door
  • Kom je er niet uit? Stel je vraag aan mij. 
timer
20:00

Slide 13 - Tekstslide

Klasgenoot
Telefoon
Jij 
Informatie
''Het eerste uur ben je vrij''
Dit is een voorbeeld van: 
Persoonlijke communicatie
Massacommunicatie

Slide 14 - Sleepvraag

Mark Rutte
TV (persconferentie)
Jij 
Informatie
''Er komen geen versoepelingen''
Dit is een voorbeeld van: 
Persoonlijke communicatie 
Massacommunicatie

Slide 15 - Sleepvraag

Slide 16 - Video

Noem kenmerken van massamedia die in het filmpje zijn genoemd

Slide 17 - Tekstslide

Voor volgende week
  • Voorbereiding voor volgende week woensdag. Zet je schermtijd van je mobiel aan. (Hoeveel tijd breng je eigenlijk door op je mobiel en met name op social media?)

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Op welke manier heb jij vandaag gecommuniceerd?

Slide 21 - Tekstslide

Geef een ander voorbeeld van non-verbale communicatie

Slide 22 - Open vraag

RTL4 is een voorbeeld van een publieke omroep
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Commerciële omroepen hebben als doel om winst te maken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide