In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Welkom!
Slide 1 - Tekstslide
lesdoelen
nakijken gemaakt werk
voorbereiden op toets
checken lesdoelen
Wat gaan we doen?
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van deze les heb je gecontroleerd hoe het gaat met het interpreteren van een gedicht.
Aan het einde van deze les heb je geoefend voor de toets en daarbij je laatste vragen kunnen stellen.
Slide 3 - Tekstslide
H4.8 Gedicht
Opdracht 3 t/m 5
Mager meisje
De kleinst mogelijke cirkels
die je om mij heen lopen kunt
zullen me niet raken,
ik ben nauwelijks middelpunt.
Ik ben alleen een zootje staken, een soort van kapstok,
maar voor nop.
Niemand hangt iets aan me op.
Ik besta,
maar minder en minder.
Een eerlijke vinder
wordt dringend gezocht.
Edward van de Vendel
Slide 4 - Tekstslide
Waar of niet waar?
Bij een open eind blijft de lezer met vragen achter.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Van welk rijmschema is er sprake?
Wilhelmus van Nassouwe Ben ick van Duytschen bloet, Het vaderlandt getrouwe Blijf ick tot inden doet.
A
gepaard
B
gebroken
C
gekruist
D
omarmend
Slide 6 - Quizvraag
Welke bijzondere vorm van rijm herken je?
Ik ben geboren uit zonnegloren En een zucht van de ziedende zee
A
eindrijm
B
alliteratie
C
assonantie
D
Er is geen sprake van rijm.
Slide 7 - Quizvraag
Waar of niet waar?
Worden de gebeurtenissen in de volgorde verteld waarin ze zich hebben afgespeeld? Dan noem je het een niet-chronologisch verhaal.
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Welke vorm van beeldspraak herken je?
en mijn fiets heeft geen zin om mee te gaan. Het wiel sleept een beetje en de ketting hoest, maar het moet.
A
vergelijking
B
metafoor
C
personificatie
Slide 9 - Quizvraag
Waaraan kun je onder andere zien in welke tijd een fragment zich afspeelt?
A
gebruiksvoorwerpen
B
taalgebruik van de personages
C
Alleen als het jaartal wordt genoemd in het fragment.
D
Zowel antwoord A als B.
Slide 10 - Quizvraag
Meester Bert laat groep vier een fragment van Schooltv zien over kamelen. De titel van het fragment heet: 'Het schip van de woestijn.'
Welke vorm van beeldspraak is dit?
A
vergelijking
B
metafoor
C
personificatie
Slide 11 - Quizvraag
Van welk vertelperspectief is sprake?
'Ik tel de leerlingen wel even,' zegt meneer Van Piere. Hij zet zijn tas neer. Het is dezelfde leren boekentas die hij elke dag meeneemt naar de scheikundeles.