2.2 De spreiding van steden in een land

2.2 De spreiding van steden in een land
Havo/Vwo 2 buitenland editie 5
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

2.2 De spreiding van steden in een land
Havo/Vwo 2 buitenland editie 5

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Terugblik vorige les + vooruitblik deze les
Leerdoelen
Uitleg
Controlevragen
Werktijd
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Wat klopt niet over een stad?
A
Over de hele wereld een standaard aantal inwoners
B
Dichtbebouwd t.o.v. andere gebieden
C
Veel werk en cultuur
D
Veel voorzieningen

Slide 3 - Quizvraag

Mega-stad
Wereld-stad
Hoofd-stad
>10.000.000 inwoners
Een belangrijk centrum voor de wereld
(Vaak) de belangrijkste stad van een land

Slide 4 - Sleepvraag

Leerdoelen
  • Je weet welke factoren de spreiding van steden bepalen.
  • Je herkent met een kaart of tabel het spreidingspatroon van steden in een land.
  • Je kunt aan de hand van de plattegrond oude en nieuwe delen van een stad herkennen.

Slide 5 - Tekstslide

Waarom ligt daar een stad?
Gebiedskenmerken - je kunt er makkelijk bestaan (wonen, werken, vrije tijd)
Goed bereikbaar (rivier, kust, wegenkruispunt, vlak) en vruchtbaar

Veel (grote) steden liggen aan een rivier, maar ook wegen zijn belangrijk. In bergen/woestijnen zijn bijna geen (grote) steden.

Slide 6 - Tekstslide

Waarom ligt daar een stad?
Relatieve ligging - de ligging ten opzichte van andere steden en gebieden. 

Goede verbinding met andere steden. Samen een stedelijk netwerk - steden zijn op meerdere manieren met elkaar verbonden.

Slide 7 - Tekstslide

Grootste stad en spreiding
Primate city = een stad twee keer zo groot qua inwoners en/of belangrijker dan de eerst volgende stad in een land.
Trekt veel mensen aan => nadeel voor andere steden.

Niet in Nederland, wel in Frankrijk.
Metropoolregio Parijs: 11,2 miljoen inwoners - Lyon: 1,7 miljoen inwoners

Slide 8 - Tekstslide

Stadsplattegrond
Europese en Noord-Afrikaanse binnensteden: middeleeuwse achtergrond -> smal stratenpatroon.

Drukke en levendige straten met winkeltjes en monumenten.

Amersfoort is een voorbeeld, maar dit komt heel veel voor in Europa en Noord-Afrika.

Slide 9 - Tekstslide

Smalle straat met éénrichtingsverkeer, want anders past het niet.
Oude, middeleeuwse stad. Niet ingericht voor auto's.

Slide 10 - Tekstslide

Stadsplattegrond
Veel steden groeien en hebben 
tegenwoordig een modern 
stadsdeel = koloniale dubbelstad.

Medina = oud (kronkelig en smal)
Ville nouvelle = nieuwe stad (brede
en rechte straten)

Slide 11 - Tekstslide

Stadsplattegrond
Grid: Rechthoekig patroon, ommuurde buurten en dicht op elkaar.

Voorbeeld: Barcelona ->
Ook in China en Noord-Amerika veel

Slide 12 - Tekstslide

Stadsplattegrond
Nieuwe steden zijn jonger, groter, 
rechter en te gebruiken voor autoverkeer. 
Alleen kronkelig in heuvels.

Slide 13 - Tekstslide

Waar wordt sneller een nieuwe stad gebouwd?
A
In de bergen
B
Aan de zee
C
In de woestijn
D
Langs een belangrijke weg

Slide 14 - Quizvraag

Waar is dit een
voorbeeld van?
A
Middeleeuws
B
Koloniale dubbelstad
C
Grid
D
Nieuwe stad

Slide 15 - Quizvraag

Waar is dit een
voorbeeld van?
A
Middeleeuws
B
Koloniale dubbelstad
C
Grid
D
Nieuwe stad

Slide 16 - Quizvraag

Als er veel mensen in de stad wonen (hoge verstedelijkingsgraad), is het verstedelijkingstempo ...
A
hoog
B
laag

Slide 17 - Quizvraag

Wat je kan gaan doen
Wat: opdrachten maken van paragraaf 2.2
Op welke manier: je mag samenwerken als je dat wil
Klaar: vraag mevrouw Heldoorn wat je kan gaan doen
Hulp: vragen stellen aan mevrouw Heldoorn of elkaar
Uitkomsten: bespreek je antwoorden met degene naast je
Tijd: tot 11.20, daarna een leuke opdracht tot de bel gaat

Slide 18 - Tekstslide

Tot volgende week!
Afmaken opdrachten van 2.2
Afmaken afsluitende opdracht
Lezen tekst van paragraaf 2.3

Slide 19 - Tekstslide