In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Paragraaf 4.3 - Hoop en wanhoop
Slide 1 - Tekstslide
Wapenstilstand op
11 november 1918
Slide 2 - Tekstslide
Maar eerst:
Lees bladzijde 67 uit je leerboek in stilte. Maak ook aantekeningen. Schrijf dus op wat jij denkt dat belangrijk is in de tekst.
timer
5:00
Slide 3 - Tekstslide
Duitsland aan het einde van de oorlog
Keizer Wilhelm II vlucht naar Nederland
Republiek van Weimar uitgeroepen
Onzekere tijden voor Duitsland, veel armoede en honger
Veel gevechten op straat tussen vijandige groepen
Slide 4 - Tekstslide
Vredesonderhandelingen in Parijs 1919
Een wapenstilstand is nog geen vrede.
Hierover werd tussen januari en juni 1919 onderhandeld in Versailles (bij Parijs)
Slide 5 - Tekstslide
Welke landen?
Engeland (Lloyd George)
Frankrijk (Clemenceau)
Verenigde Staten (Wilson)
Italië (Orlando)
Duitsland mocht als verliezer niet meepraten
Rusland, dat zijn bondgenoten in de steek had gelaten, was ook niet uitgenodigd
Slide 6 - Tekstslide
Verdrag van Versailles
Duitsland moet veel grondgebied afstaan (ongeveer 10%)
Duitsland moet kolonies afstaan
Duitsland mag geen leger meer hebben van groter dan 100.000 man
Duitsland moet herstelbetalingen doen aan voornamelijk Frankrijk
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Slide 9 - Tekstslide
Gevolgen van de wapenstilstand en de vrede
Oprichting Republiek van Weimar (Eerste democratie in Duitsland)
Veel nieuwe staatjes in Europa (Polen, Joegoslavië)
Oprichting Volkenbond
Verenigde Staten trekken zich terug uit de wereldpolitiek
Slide 10 - Tekstslide
Vóór...
...na
Slide 11 - Tekstslide
Volkenbond
Zo'n oorlog mocht natuurlijk nooit meer gebeuren!
Daarom Volkenbond opgericht door Amerikaanse president Wilson - zo veel mogelijk landen moesten lid worden
Daar moesten problemen tussen landen opgelost worden met woorden, niet oorlog
Maar mislukt; te weinig landen worden lid, zelfs VS wordt geen lid.
Slide 12 - Tekstslide
De Jaren '20 in de VS
Het leven was goed
Fabrieken deden het fantastisch
Iedereen kon overal geld in investeren
Veel mensen kochten spullen met een lening.
Ook aandelen
Slide 13 - Tekstslide
Wat is een aandeel?
Aandeel: stukje van een bedrijf
Maakt het bedrijf winst -> aandeel meer waard
Willen meer mensen aandelen -> aandeel meer waard
RISICO: Aandelen kunnen ook minder waard worden. -Bedrijf maakt minder winst
-Veel mensen willen aandeel kopen.
Slide 14 - Tekstslide
De jaren '20 in Duitsland
Slechte economie - veel geld aan herstelbetalingen
Daarom meer geld printen - maar dan is geld niets meer waard
Zo erg dat dit maar een paar euro waard was
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Dawesplan 1924
Duitsland kon de herstelbetalingen van het VVV niet meer voldoen. Verenigde Staten kwamen met een plan: Dawesplan
VS leende geld aan Duitsland --> Dui kan inflatie stoppen en doorgaan met herstelbetalingen --> Frankrijk kan met dat geld weer de oorlogsschade repareren en Amerikaanse producten kopen (goed voor economie VS)
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Hulp voor Duitsland
het Dawesplan
Door Dawesplanging het weer beter met Duitsland.
Door opbloeiende welvaart weer politiek vertrouwen tot 1929.
Slide 19 - Tekstslide
maar dan gebeurt er iets in de VS....
Beurskrach
'Black tuesday' 1929
De oorzaak voor de economische crisis noemen we de 'beurskrach'
De aandelenmarkt stortte in, veel aandelen waren meer waard dan het bedrijf zelf.
Slide 20 - Tekstslide
Paniek op de aandelenmarkt (Wall Street in New York)
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Crisis in de wereld
vanaf 1929
Door overproductie van fabrieken, veel kopen op afbetaling en teveel vertrouwen in aandelenhandel, klapt de Amerikaanse economie in elkaar.
Landen die veel met de VS handelen, worden de crisis mee in gesleept...
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Duitsland na de Beurskrach
Door Dawesplan herstel van de Duitse economie
Duitse handel met VS komt stil te liggen
Leningen van de VS zijn korte termijnleningen. Amerikaanse bedrijven willen na de beurskrach hun geld terug....
Duitse bedrijven gaan failliet
Slide 25 - Tekstslide
Crisis in Nederland
Nederland wordt zwaar door de crisis geraakt: de handel met de VS en Duitsland komt vrijwel stil te staan.
Bedrijven en fabrieken moeten de deuren sluiten.
Tussen 1929 en 1935 stijgt de werkloosheid van 22.000 naar 500.000
Slide 26 - Tekstslide
Na de Eerste Wereldoorlog verloren veel Duitse burgers het vertrouwen in hun regering. Kies de antwoorden die uitleggen hoe dat komt.
A
De regering (rep van Weimar) had het voor Duitsland vernederende Verdrag van Versailles getekend. Veel Duitse burgers waren daar kwaad om.
B
De regering (rep van Weimar) legde de bevolking erg strenge wetten op. Toen Duitsland nog een keizer had, had de bevolking veel meer vrijheid.
C
De regering had de Republiek van Weimar veroverd. Dat was volgens veel Duitsers onverstandig, omdat het waarschijnlijk tot wraak van de geallieerden zou leiden.
D
De regering (rep van Weimar) nam weinig effectieve maatregelen tegen de economische crisis.
Slide 27 - Quizvraag
Een vrouw laat haar kachel branden op papiergeld. Waar en wanneer is deze foto gemaakt?
A
in de Verenigde Staten, kort na de beurskrach van 1929
B
in Duitsland, tussen 1921 en 1924, toen de inflatie extreem hoog was
C
in Italië, kort nadat Mussolini aan de macht kwam.
D
in de Republiek van Weimar, direct nadat de keizer naar Nederland was gevlucht
Slide 28 - Quizvraag
Maken
Formatieve toets op itslearning: 'daltonplus 2MH geschiedenis'