Woche 46

H2 Duits, week 46
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

H2 Duits, week 46

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Beginopdracht
c
Schrijf deze  woorden in je schrift op. 
Schrijf er daarna de juiste vorm van 'een' en/of 'geen' in het Duits achter.
Voorbeeld: der Apfel --> ein/kein Apfel



der Tee
die Nudeln
die Zitrone
die Kartoffeln
die Karotte
der Fisch
der Salat
die Suppe
das Stück
das Brot
das Glas
der Honig

Slide 3 - Tekstslide

Diese Woche (H2c):
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
Hören: Aufgabe 24
Wörter: Aufgabe 26
Quizlet
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Idioomtoetsje
Sehen: 
Aufgabe 23
Hausaufgaben
Montag (40 Min.)

Beginopdracht
Besprechen: Hausaufgaben
An die Arbeit: Aufgabe 21
Hausaufgaben

Slide 4 - Tekstslide

Diese Woche (H2d):
Donnerstag (40 Min.)
Beginopdracht
Hören: Aufgabe 24
Wörter: Aufgabe 26
Hausaufgaben
Freitag (40 Min.)
Idioomtoetsje
Hausaufgaben
Montag (80 Min.)
Beginopdracht
Bespreken 
woordjes G
Besprechen: Hausaufgaben
An die Arbeit: Aufgabe 21
Sehen: Aufgabe 23

Slide 5 - Tekstslide

Bespreken woordjes G
blz. 107

Slide 6 - Tekstslide

Besprechen Hausaufgaben
Aufgabe 17, 18 & 19 
blz. 90-91

Slide 7 - Tekstslide

An die Arbeit
Aufgabe 21 
blz. 92

Kom je er niet uit? Gebruik Schreibecke E op blz. 109

Slide 8 - Tekstslide

Sehen
Aufgabe 23 
blz. 94

Slide 9 - Tekstslide

Hausaufgaben für Donnerstag
- Maken: -

- Leren: woordjes G, helemaal (blz. 107)

Slide 10 - Tekstslide

Beginopdracht
c
Vul een woord uit woordenlijst G (blz. 107) in de volgende zinnen in: 

1. Willst du noch einen _____? > Ja, ich will gerne Tiramisu.
2. Hast du _____ ______ ein Eis? > Nein, ich habe keinen Hunger.
3. Können wir ____ __________ haben? > Ja, das macht dann €67,95.
4. Willst du den Preis _________? Oder soll ich alles selbst bezahlen? 
5. Magst du süßes Essen? > Nein, ______ finde ich besser. 



Slide 11 - Tekstslide

Diese Woche (H2c):
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
Hören: Aufgabe 24
Wörter: Aufgabe 26
Quizlet
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Idioomtoetsje
Sehen: 
Aufgabe 23
Hausaufgaben
Montag (40 Min.)

Beginopdracht
Besprechen: Hausaufgaben
An die Arbeit: Aufgabe 21
Hausaufgaben

Slide 12 - Tekstslide

Diese Woche (H2d):
Donnerstag (40 Min.)
Beginopdracht
Hören: Aufgabe 24
Wörter: Aufgabe 26
Hausaufgaben
Freitag (40 Min.)
Idioomtoetsje
Hausaufgaben
Montag (80 Min.)
Beginopdracht
Bespreken 
woordjes G
Besprechen: Hausaufgaben
An die Arbeit: Aufgabe 21
Sehen: Aufgabe 23

Slide 13 - Tekstslide

Hören
Aufgabe 24
blz. 94-95


Slide 14 - Tekstslide

Wörter
Aufgabe 26
blz. 95

Vertaal de 6 zinnen om een recept te maken. 
Als je hulp nodig hebt, pak je Wörterliste D/F (blz. 106) en Schreibecke E (blz. 109) erbij. 
Klaar? -> Eigen recept schrijven óf leren met Quizlet 


Slide 15 - Tekstslide

Wörter: Aufgabe 26

Slide 16 - Tekstslide

Hausaufgaben für Freitag
- Leren: 

Morgen is de woordjestoets voor Kapitel 3. 
Je leert alle woordjes (A, B, D/F en G) beide kanten op (NL-DU en DU-NL). 



Slide 17 - Tekstslide

Diese Woche (H2c):
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
Hören: Aufgabe 24
Wörter: Aufgabe 26
Quizlet
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Sehen: 
Aufgabe 23
Hausaufgaben
Montag (40 Min.)

Beginopdracht
Besprechen: Hausaufgaben
An die Arbeit: Aufgabe 21
Hausaufgaben

Slide 18 - Tekstslide

Diese Woche (H2d):
Donnerstag (40 Min.)
Beginopdracht
Hören: Aufgabe 24
Wörter: Aufgabe 26
Hausaufgaben
Freitag (40 Min.)
LOGO
Hausaufgaben
Montag (80 Min.)
Beginopdracht
Bespreken 
woordjes G
Besprechen: Hausaufgaben
An die Arbeit: Aufgabe 21
Sehen: Aufgabe 23

Slide 19 - Tekstslide

Hausaufgaben für Montag
- Maken: 

- Leren: herhalen woordjes Kapitel 3 (blz. 106-107). Beide kanten op (NL-DU en DU-NL). 



Slide 20 - Tekstslide