12.3 de lever

12.3    De lever
Voorkennisvragen:
1. Welke taken van de lever kun je al benoemen?
2. Hoe heet de ader die van de darmen naar de lever toe loopt?
3. Noem 1 reden waarom de ader van de darmen naar de lever gaat?

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

12.3    De lever
Voorkennisvragen:
1. Welke taken van de lever kun je al benoemen?
2. Hoe heet de ader die van de darmen naar de lever toe loopt?
3. Noem 1 reden waarom de ader van de darmen naar de lever gaat?

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

Je kunt de bouw, werking en functies van de lever beschrijven.

Je kunt uitleggen hoe het interne milieu min of meer constant wordt gehouden door de lever.

Slide 2 - Tekstslide

Lezen blz. 88
Tekstbegripvragen:
1. Wat zijn drie belangrijke functies van de lever?
2. Welke stof ontstaat bij de afbraak van rode bloedcellen?
3. Wat doet de lever met deze stof?
4. Waarom wordt mensen met bloedarmoede geadviseerd kippenlevertjes te eten?
5. Wat doet de lever met overtollige aminozuren?
6. Wat gebeurd er met gifstoffen die lever niet kan afbreken?
timer
7:00

Slide 3 - Tekstslide

De lever
Functies bij onder andere:
- De homeostase
- Emulgeren en afbraak van bloedcellen
- Koolhydraat, eiwit- en vetstofwisseling
- Bloedsuiker 

Wat betekend homeostase?

Slide 4 - Tekstslide

De bouw van de lever
Een leverlobje is zeshoekig en 1 mm in doorsnee.
Op de hoekpunten van het leverlobje zitten aftakkingen van de leverslagader en de poortader (en de aftakkingen van de galgang).

In het midden zit de aftakking van de leverader

Slide 5 - Tekstslide

De homeostase
De lever voert controle uit op de samenstelling van het bloedplasma.
De lever zet stoffen om en door opslag en uitscheiding van stoffen zorgt het voor het interne mileu.

Slide 6 - Tekstslide

Productie van gal
Het bevat onder andere water en galzuren

Opgeslagen in de galblaas

Het emulgeert vetten en oliën


Slide 7 - Tekstslide

Afbraak van bloedcellen
De lever breekt oude en beschadigde rode bloedcellen af 
Hemoglobine wordt afgebroken, ijzer wordt opgeslagen en de rest wordt bilirubine.

Bilirubine wordt via de galwegen uitgescheiden en komt terecht in de twaalfvingerige darm bij de ontlasting

(geeft de bruine kleur aan de ontlasting)


Slide 8 - Tekstslide

Koolhydraat stofwisseling

  • De lever kan het glucosegehalte in het bloed beïnvloeden
  • Door glucose om te zetten naar glycogeen en op te slaan
  • Of door glycogeen om te zetten naar glucose

Slide 9 - Tekstslide

Eiwitstofwisseling
De lever produceert eiwitten uit aminozuren die zijn opgenomen in de dunne darm

Het afbreken van overtollige aminozuren:
1. de stikstofgroep wordt afgesplitst en omgezet in ammoniak
2. Ammoniak wordt omgezet in ureum
3. Ureum wordt door de nieren uitgescheden

Slide 10 - Tekstslide

Vetstofwisseling
Niet essentiële vetzuren worden gevormd uit andere vetzuren, aminozuren, of monosachariden zoals glucose.

Een klein deel vet wordt in de lever opgeslagen

Slide 11 - Tekstslide

Gifstoffen
De lever heeft een ontgiftende werking.



Gifstoffen worden door de lever uit het bloed gehaald
en onwerkzaam gemaakt.


Een deel van de onwerkzaam gemaakte stoffen wordt
door de nieren uitgescheiden.


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Kleine lesafsluiter
1. Wat zijn de aanvoerende bloedvaten van de lever?
2. Welke stof ontstaat bij de afbraak van rode bloedcellen?
3. Hoe wordt de stof die ontstaat bij de afbraak van rode bloedcellen uitgescheiden door het lichaam?
4. Waarom worden mensen met bloedarmoede geadviseerd kippenlevertjes te eten?
5. Wat doet de lever met overtollige aminozuren?
6. Wat gebeurd er met gifstoffen die lever niet kan afbreken?

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk 12.3   De lever
Opdracht 25 t/m 30

Slide 15 - Tekstslide