Anorganische stoffen komen zowel in organismen voor als in de levenloze natuur?
A
Juist
B
Onjuist
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4
In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Anorganische stoffen komen zowel in organismen voor als in de levenloze natuur?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 1 - Quizvraag
Anorganische stoffen bevatten meer energie dan organische stoffen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 2 - Quizvraag
De steen bestaat uit anorganische stoffen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 3 - Quizvraag
In het organisme (op de afbeelding) komen anorganische stoffen voor
A
Juist
B
Onjuist
Slide 4 - Quizvraag
Zetmeel is een anorganische stof
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quizvraag
Koolstofdioxide is een organische stof
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quizvraag
Vetten zijn organische stoffen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 7 - Quizvraag
Tot welke groep stoffen behoren enzymen?
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Mineralen
D
Vetten
Slide 8 - Quizvraag
A
1. Ja - 2. Ja
B
1. Ja - 2. Nee
C
1.Nee - 2. Ja
D
1. Nee - 2. Nee
Slide 9 - Quizvraag
Wat betekent de zin: 'Enzymen werken specifiek'?
A
Elk enzym is slechts werkzaam bij één speciale temperatuur.
B
Elk enzym is slechts werkzaam bij één bepaalde zuurgraad.
C
Elk enzym kan slechts één reactie versnellen.
D
In elke cel kan slechts één enzym werkzaam zijn.
Slide 10 - Quizvraag
In afbeelding 29 is het verband tussen de temperatuur en de activiteit van een bepaald enzym in een diagram weergegeven. Bij welke temperatuur is dit enzym tijdelijk onwerkbaar?
A
Alleen bij temperaturen onder de 10 graden
B
Alleen bij temperaturen onder de 35 graden
C
Alleen bij temperaturen boven de 50 graden
D
Zowel bij temperaturen onder de 10 als bij temperaturen boven 50
Slide 11 - Quizvraag
Vraag 1: Wat is de maximum temperatuur? Vraag 2: Wat is de optimum temperatuur?
A
1. 35 graden
2. 10 graden
B
1. 35 graden
2. 50 graden
C
1. 50 graden
2. 10 graden
D
1. 50 graden
2.35 graden
Slide 12 - Quizvraag
Wat gebeurt er bij fotosynthese?
A
Bij fotosynthese wordt uit energierijke
organische stoffen een energierijke, anorganische stof gevormd.
B
Bij fotosynthese wordt uit energiearme anorganische stoffen een energierijke, organische stof gevormd
C
Bij fotosynthese wordt uit energiearme organische stoffen een energierijke, anorganische stof gevormd
D
Bij fotosynthese wordt uit energiearme anorganische stoffen een energierijke, anorganische stof gevormd