4.2 Kernstraling - deel 2

Kernstraling
Hoofdstuk 4
Paragraaf 2
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Kernstraling
Hoofdstuk 4
Paragraaf 2

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Leerdoelen
Herhalen
Uitleg 
Oefenen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Je leert dat de straling van radioactieve stoffen ontstaat binnen in het atoom. 

Slide 3 - Tekstslide

De samenstelling van een atoom
De kern van een atoom:
  • Protonen
  • neutronen

Elektronenwolk
  • Elektronen

Slide 4 - Tekstslide



Slide 5 - Tekstslide

Atoomsoorten
Elk atoomsoort heeft een naam, een symbool en een atoomnummer. 

Binas tabel 33


Slide 6 - Tekstslide

Wat is het symbool van helium?

Slide 7 - Open vraag

Wat is het symbool van chloor?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het symbool van aluminium?

Slide 9 - Open vraag

Wat is het atoomnummer van chloor?

Slide 10 - Open vraag

Wat is het atoomnummer van kobalt?

Slide 11 - Open vraag

Wat is het atoomnummer van radium?

Slide 12 - Open vraag

Atoomnummer
Maar waarvoor heb je dat atoomnummer nou eigenlijk nodig?

Het atoomnummer geeft aan hoeveel protonen en elektronen je hebt. 

Slide 13 - Tekstslide

Atomen
Protonen zijn positief
Elektronen zijn negatief.

Atomen als geheel zijn ongeladen, want het aantal protonen is precies gelijk aan het aantal elektronen. 

Protonen = elektronen 
            p = e

Slide 14 - Tekstslide

IJzer heeft een atoomnummer van 26. Hoeveel protonen en elektronen heeft ijzer?

Slide 15 - Open vraag

Helium heeft een atoomnummer van 2. Hoeveel protonen en elektronen heeft helium?

Slide 16 - Open vraag

Nikkel heeft een atoomnummer van 28. Hoeveel protonen en elektronen heeft Nikkel?

Slide 17 - Open vraag

Periodiek systeem

Slide 18 - Tekstslide

Maakwerk
Opgaven: 50, 54,59, 62

Slide 19 - Tekstslide