Voor de uitleg van de opdracht, maakt de docent eerst groepjes van vier (eventueel drie). Of de docent dit doet of dat de studenten dit zelf doen, hangt af van de veiligheid binnen de klas. De docent moet er in ieder geval voor zorgen dat er geen studenten zijn die zich buitengesloten voelen.
Opdracht
Deel 1:
Op elke tafel liggen vier teksten.
Elke student pakt één tekst en leest die door.
Pak daarna het formulier erbij en beoordeel de tekst.
(kruis aan: goed/matig/slecht)
Slide 5 - Tekstslide
Als de studenten in groepjes van vier zitten, legt de docent de verschillende teksten op de tafels. Elke student pakt één tekst en gaat deze alvast doorlezen. Tijdens het lezen deelt de docent de opdrachten uit waarop de studenten aantekeningen gaan maken over de tekst.
Opdracht
Deel 2:
Ga nu in gesprek met elkaar.
Vertel waar jouw tekst over gaat
en wat je wel en niet goed vindt.
Wat heb je aangekruist op het formulier?
Wat is jullie conclusie?
Slide 6 - Tekstslide
Na ongeveer vijf à tien minuten gaan de studenten met elkaar in gesprek. Ze vertellen eerst kort waar hun tekst over gaat, en geven dan een korte evaluatie van wat ze opviel en wat ze goed en niet goed vonden. Deze antwoorden vergelijken ze met elkaar. Per groepje schrijven de studenten een korte samenvatting over wat een wervende tekst sterk maakt en wat juist niet.
Evaluatie:
Wat is belangrijk het schrijven van een wervende tekst?