L'adjectif

SALUT !
-Ga op je plek zitten
-Doe je jas uit
-Leg je boek op tafel
-Log in op de LessonUp
-Kijk naar de docent
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

SALUT !
-Ga op je plek zitten
-Doe je jas uit
-Leg je boek op tafel
-Log in op de LessonUp
-Kijk naar de docent

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Qu'est-ce que nous avons fait 
-Le passé composé
-Le vlog

Slide 3 - Tekstslide

La question du jour :
Tu aimes manger où ?

Slide 4 - Open vraag

Les objectifs
-Ik kan iemand in een korte zin beschrijven met een bijvoeglijk naamwoord

-Ik kan een Frans bijvoeglijk nmw goed 'vervoegen' als ze regelmatig zijn


Slide 5 - Tekstslide

Le programme
-Uitleg over het bijvoeglijk naamwoord
-Samen oefenen op Lessen Up
-Zelfstandig opdrachten maken

Slide 6 - Tekstslide

Bijvoegelijk naamwoord
Mees loopt snel met Elisa door het groene bos

Slide 7 - Tekstslide

Bijvoeglijk nmw (l'adjectif)
1) Het bijvoeglijk nmw (bv) zegt iets over een zelfstandig new

Le frère est grand

2) In het Frans past het bv zich aan op het zn waar het bij hoort

Slide 8 - Tekstslide

Bijvoeglijk nmw (l'adjectif)
-Arthur est petit
-Arthur et Martin sont petits
-Sophie est petite
-Sophie et Emma sont petites
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
+e
Meervoud
+s
+es

Slide 9 - Tekstslide

Bijvoeglijk nmw (l'adjectif)
Eindigt het bv op een -e? 
Geen extra e bij vrouwelijke enkelvoud & meervoud

Timide = verlegen

Une fille timide 
Deux filles timides

Slide 10 - Tekstslide

Bijvoeglijk nmw (l'adjectif)
Onregelmatige vormen:

Beau - belle - beaux - belles = mooi
Nouveau - nouvelle - nouveaux - nouvelles = nieuw
Vieux - vieille - vieux - vieilles = oud

Slide 11 - Tekstslide

Lars est
A
Grand
B
Grands
C
Grande
D
Grandes

Slide 12 - Quizvraag

Laure est
A
Petit
B
Petits
C
Petite
D
Petites

Slide 13 - Quizvraag

Denzel et Lars portents des t-shirts
A
Vert
B
Verts
C
Verte
D
Vertes

Slide 14 - Quizvraag

Le chien et le chat de Joris sont ... (sympa)

Slide 15 - Open vraag

Ma grand-mère et Sabrina sont ... (timide)

Slide 16 - Open vraag

Au travail (page 36-39)

-Fait les exercices : 30, 31, 32, 33 et 34

-Finis? Apprend le vocabulaire à la page 40 + 41
timer
25:00

Slide 17 - Tekstslide