Les 6

Wensen en behoeften van het kind 
Les 6 
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkOnderwijsassistentenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Wensen en behoeften van het kind 
Les 6 

Slide 1 - Tekstslide

Tijdens deze les.. 
  • Doornemen eindopdracht 
  • Rapporteren 
  • Observatiegegevens vastleggen 
  • Tijd om te werken aan de opdracht  

Slide 2 - Tekstslide

De eindopdracht 
Stappenplan in teams!! 


Inleveren donderdag 25 april voor 12.00 uur 

Slide 3 - Tekstslide

Rapporteren
Rapporteren: is het schriftelijk of mondeling verslag doen van gebeurtenissen of situaties die je hebt waargenomen. 

Slide 4 - Tekstslide

Rapporteren 
Je rapporteert om te: 
  • informeren: gesprek met ouders, overdracht,
  • evalueren: je kijkt terug op een activiteit en dan beoordeel je hoe je het vond gaan. 
  • adviseren: op basis van observaties kun je conclusies trekken en een advies uitbrengen. 
  • verantwoorden: Je legt verantwoording af over je activiteiten 
  • signaleren: Zien zij ook wat jij denkt te zien? 

Slide 5 - Tekstslide

Theorie 
Methodiek: 
2.4
blz. 128 

Slide 6 - Tekstslide

Observatiegegevens vastleggen
Je beschrijft alles zo nauwkeurig mogelijk wat je hebt waargenomen. 

De gegevens van je observatie leggen wij op de volgende manier vast: 
Beschrijvend! 

Slide 7 - Tekstslide

Beschrijvende observatie
Je schrijft alles op wat je opvalt! 

Je geeft een compleet beeld van de situatie en van wat er gebeurde. 

Tijd om te oefenen >>>>

Slide 8 - Tekstslide

Wat is dit?
Pietje slaat Marie, dus Pietje is agressief.
A
De waarheid
B
Een interpatie
C
Een observatie

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het doel van interpreteren bij observatie?
A
Het manipuleren van de observatieresultaten.
B
Het vastleggen van feitelijke gebeurtenissen.
C
Het beoordelen van het waargenomen gedrag.
D
Het begrijpen van de betekenis en achterliggende redenen.

Slide 10 - Quizvraag

Wat is beschrijvende observatie?
A
Een subjectieve beschrijving van gedrag en omgeving.
B
Een objectieve beschrijving van gedrag en omgeving.
C
Een vooringenomen beschrijving van gedrag en omgeving.
D
Een kwantitatieve beschrijving van gedrag en omgeving.

Slide 11 - Quizvraag

Dit is een beschrijvende observatie:
Pietje zit aan tafel, Pietje slaat zijn boek open, Pietje kijkt kort naar buiten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Dit is een beschrijvende observatie:
Doordat Pietje naar buiten kijkt tijdens de les, denk ik dat hij concentratieproblemen heeft
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Voor nu...
Aan de slag met de module opdracht. 

Teams: inleverpunt feedback! 
Kies een stuk uit van je verslag waar je feedback op wilt. Dit kan je inleveren via teams! 

Slide 14 - Tekstslide