Unité 1 grammaire 2 lidwoord

Unité 1 grammaire 2 lidwoord
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Unité 1 grammaire 2 lidwoord

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

> je kunt jezelf voorstellen in het Frans
> je kunt kleine gesprekjes volgen
> je leert het lidwoord in het Frans toepassen

Slide 3 - Tekstslide

> Parler
> Commencer avec écouter
> Expliquer grammaire (het lidwoord)
> faites ecouter
> Faites exercice 16 A B C D E F page 25- 28
> les notes (de cijfers)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Aantekening: Hoe kijk/luister je in het Frans?
Stap 1: Bekijk de titel en de plaatjes.
Stap 2: lees de vragen.
Stap 3: Waar gaat het over?
Stap 4: Welke woorden heb ik nodig?
Stap 5: Luister het fragment.
Stap 6: Beantwoord de vragen.
Stap 7: Luister nog een keer.

Slide 6 - Tekstslide

> Contrôler écouter
> welke opdrachten vond je lastig/maken we samen?
> antwoorden in Teams (thuis nakijken als je het in je boek hebt gemaakt)

Slide 7 - Tekstslide

De lidwoorden page 26.

prenez ton cahier. 

Slide 8 - Tekstslide

de/het = le = mannelijk
                la = vrouwelijk
                l' = (bij woorden die beginnen met een klinker: a, e, o, u, i en bij de h)
                les = meervoud

Slide 9 - Tekstslide

let op: wordt het les of des? krijgt het zelfstandig naamwoord een extra 's'
voorbeeld:  
la maison --> les maisons
le collège --> les collèges
l'hôtel       --> les hôtels

Slide 10 - Tekstslide

een = un = mannelijk
            une = vrouwelijk

Het meervoud van un en une = 
desx  = meervoud (wordt niet vertaald) 

let op: het zelfstandig naamwoord krijg een extra 's'
            

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld: 
une maison = des maisons = huizen
un collège    = des collèges = middelbare scholen

Slide 12 - Tekstslide

extra uitleg filmpje

Slide 13 - Tekstslide

..... ami (de)

Slide 14 - Open vraag

..... amis (de)

Slide 15 - Open vraag

..... ami (een)

Slide 16 - Open vraag

..... amie (de)

Slide 17 - Open vraag

..... amies (de)

Slide 18 - Open vraag

..... amie (een)

Slide 19 - Open vraag

..... amies(x)

Slide 20 - Open vraag

On prend …. Bus? (m) (de)

Slide 21 - Open vraag

Il y a … école à Paris? (f) (een school)

Slide 22 - Open vraag

Oui, il y a .... écoles à Paris (scholen)

Slide 23 - Open vraag

….(de) Collège est grand (m)

Slide 24 - Open vraag

La France est … (een) grand pays (m)

Slide 25 - Open vraag

…. Quartier (de) (m) est joli

Slide 26 - Open vraag

….. Amis (de) sont grands

Slide 27 - Open vraag

Il y a …. Touristes à Lyon? (x)

Slide 28 - Open vraag

> faites exercice 16 A B C D

> fini? lis l'explication il(s) et elle(s)
> faites 16 E F
> fini? appenez apprendre 5 
> répétez apprendre 4

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide