In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Qu'est-ce qu'on va faire?
- répéter vocabulaire
- répéter la négation
- répéter les phrases clés
Au travail!
Slide 2 - Tekstslide
Le bras
le genou
Le ventre
la jambe
l'oreille
Le pied
Le nez
La bouche
Slide 3 - Sleepvraag
Vertaal: het oog
Slide 4 - Open vraag
vertaal: de ogen
Slide 5 - Open vraag
l'homme
avoir besoin de
l'eau
la distance
la vitesse
dommage
j'ai vu
apprendre
leren
het water
de mens/ de man
de snelheid
ik heb gezien
nodig hebben
jammer
de afstand
Slide 6 - Sleepvraag
avoir besoin de = nodig hebben. Hoe vertaal je: Ik heb nodig
Slide 7 - Open vraag
Maak ontkennend: Je me sens bien (niet)
Slide 8 - Open vraag
Let op!
Na een ontkenning vernaderen un/une/des/du/de la/de l' in
de of d'
Bijvoorbeeld:
Elle a de la fièvre --> Elle n'a pas de fièvre.
Il fait du foot --> Il ne fait pas de foot.
Maar: Il regarde la télé --> il ne regarde pas la télé.
Slide 9 - Tekstslide
Let op!
Il y a = er is/er zijn
a is in dit gedeelte de persoonsvorm. Toch plaats je de ontkenning anders:
Il n'y a pas
Slide 10 - Tekstslide
Maak ontkennend (denk aan de tips) Il fait du foot (niet)
Slide 11 - Open vraag
Maak ontkennend. Nous regardons la télé. (nooit)
Slide 12 - Open vraag
Maak ontkennend: vous avez mangé (niets)
Slide 13 - Open vraag
Photo
Maak direct foto's van het huiswerk van vandaag (33d, 34, 35) en stuur die in een persoonlijke chat in Teams aan mij (zoals ik ook jullie SO's heb verstuurd).