20-01

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Aujourd'hui

- réviser: le futur simple (lessonup) 

- corriger: vos erreurs (SO CH 3)

- raconter sur soi (teams)   

Lesdoelen: je eigen fouten op het SO (her)kennen en kunnen verbeteren.

- durven spreken in het Frans. - Uitzonderingen futur simple herkennen

De volgende vragen gaan over de futur simple

De volgende vragen gaan over  de futur simple.

Bij regelmatige werkwoorden maak je de futur simple door:
hele ww + uitgang

1. vrai
2. faux

De uitgangen van de futur simple lijken op het werkwoord

1. être (-s -s -t-mes-tes-ent)
2. avoir (-ai -as -a -ons -ez -ont)

être is een onregelmatige werkwoord.

De stam van être in de futur simple is:

1. aur
2. ir
3. ser
4. fer

Futur simple:

De stam van "faire" is:

1. fais
2. fait
3. ferr
4. fer

In de futur simple is de stam van "aller" :

1. all
2. ir
3. aur
4. va

Avoir --> je-vorm in de futur is:
J'aurai

1. juist
2. onjuist

Nous irons à l'école

1. correct
2. incorrect

Elles sera absentes.

1. correct
2. incorrect

Waarom is "Elles sera .." incorrect? Wat is de juiste vervoeging?

Je regarder

Tu regarder

Il / elle / on regarder

Nous regarder

Vous regarder

Ils / elles regarder

as

ons

ont

a

ai

ez

Corrigez vos erreurs à deux

Volgende les:

PW chapitre 3

Herhalen:

- woordjes bron ABEFH (wb blz 125 t/m 127) 

- Futur simple (tb. bron C blz 38) 

- vragen stellen (tb bron I blz 44) 

- phrases-clés (tb blz 39 + 45)