Hv2t afronden TV28 en halve taalquiz 12-13-27-28

Welkom hv2t
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom hv2t

Slide 1 - Tekstslide

10 minuten lezen

Slide 2 - Tekstslide

Programma 3 december
 
  1. 10 minuten stil lezen
  2. Werkwoordspelling 27--filmpje thuis gekeken, nog vragen?
  3. huiswerk nakijken H28, vraag 1, 2, 5 blz 115 en 117
  4. taalquiz om te oefenen voor de toets
  5. Afsluiting en vooruitblik


Slide 3 - Tekstslide



a goed
 b Stille Oceaan
 c goed
 d goed
 e Hollywood





f Boekenweekgeschenk
g Tweede Kamer
h Noorderlicht
i Vereniging Natuurmonumenten
j mevr. C. de Haan
Hoofdletters en leestekens
Antwoord vraag 1 blz 115

Slide 4 - Tekstslide

28, nakijken opdracht 2, blz 115
1  2 a Stichting HALT en het Openbaar Ministerie (OM) zijn een proef gestart.
 b Jonge hackers die een HALT-straf opgelegd krijgen, kunnen aan het werk worden gezet bij een computerbedrijf.
 c De stichting en het OM hebben een eerste proef gedaan in samenwerking met drie noordelijke computerbedrijven.
 d De pilot wordt Yoda genoemd, naar het personage uit Star Wars.
 e Volgens het OM Noord-Nederland krijgt de pilot een vervolg in de rest van het land, schrijft RTV Drenthe.
 


Slide 5 - Tekstslide

28, nakijken opdracht 5, blz 117
5 a Okke de Vries, onze buurman uit de Prins Bernhardstraat, speelde met Pasen afgelopen maandag voor paashaas.
 b 'Hé, ken je deze al? Wist je dat je op Justin Timberlake?'
 c Ondanks alle liefdesbrieven en -betuigingen die hij haar stuurde, kon hij haar niet overtuigen; ze stonden vol met typ-, spel- en taalfouten.
 d 'Houd jij niet van seizoenen?’(,) riep Saskia’s bijdehante kleine zusje verbaasd uit. Ik wel. ’s Zomers kun je lekker zwemmen, maar ’s winters kun je naar de Winter Efteling.’
 e In Twente werden tijdens de Tachtigjarige Oorlog de rooms-katholieke pastoors vervangen door protestantse predikanten, totdat Oldenzaal weer werd veroverd door de Spanjaarden.

 


Slide 6 - Tekstslide

Spellingquiz 
Nederlands

Slide 7 - Tekstslide

Als oefening van de leerstof 13-14-17-28

Van alles wat, zodat je weet welke fouten je moet vermijden bij taalverzorging.

Slide 8 - Tekstslide

Deel 1
Werkwoordsvormen

Slide 9 - Tekstslide

Werkwoordspelling
B
A
Het hout is opgebrandt.
B
Het hout is opgebrand.

Slide 10 - Quizvraag

Werkwoordspelling
A
A
De oude man verstuurt de brief.
B
De oude man verstuurd de brief.

Slide 11 - Quizvraag

Werkwoordspelling
A
A
Hij heeft de boel belazerd.
B
Hij heeft de boel belazert.

Slide 12 - Quizvraag

Werkwoordspelling
B
A
Hij bediend
B
Hij bedient

Slide 13 - Quizvraag

Werkwoordspelling
A
A
Dit word vaak gezien als saai.
B
Dit wordt vaak gezien als saai.

Slide 14 - Quizvraag

Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
B
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt

Slide 15 - Quizvraag

Vin.. jij werkwoordspelling moeilijk om te leren?
B
A
Vindt
B
Vind
C
Vint

Slide 16 - Quizvraag

Afgelopen les (besteden) we veel tijd aan werkwoordspelling.
C
A
besteden
B
besteede
C
besteedden
D
besteeden

Slide 17 - Quizvraag

Welke zin is juist?
B
A
Zij begeleiden de vrouw gisteren naar huis.
B
Zij begeleidden de vrouw gisteren naar huis.

Slide 18 - Quizvraag

(worden) ... je vader boos als je een onvoldoende haalt?
B
A
Word
B
Wordt

Slide 19 - Quizvraag

Deel 2
Leestekens

Slide 20 - Tekstslide

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
mieke heeft veel dieren kippen schapen en honden

Slide 21 - Open vraag

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
als het pijn doet geef je maar een gil

Slide 22 - Open vraag

Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.

eindelijk weekend neem jij de tijd om wat voor je uit te staren en een beetje rond te lummelen dat is heel goed voor je blijkt uit onderzoek niksen is heel belangrijk het is een basisbehoefte

Slide 23 - Open vraag

Deel 3
Van alles wat

Slide 24 - Tekstslide

Samenstellingen schrijf je zoveel mogelijk aan elkaar
A
A
goed
B
fout

Slide 25 - Quizvraag

Kies de juiste samenstelling
A
A
Kippenhok
B
Kippehok

Slide 26 - Quizvraag

Kies de juiste samenstelling
A
A
Aspergesoep
B
Aspergensoep

Slide 27 - Quizvraag

Kies de juiste samenstelling
A
A
Zonnescherm
B
Zonnenscherm

Slide 28 - Quizvraag

Wat is de juiste samenstelling?
A
A
spinnenweb
B
spinneweb

Slide 29 - Quizvraag

Maak er een samenstelling van
geboorte + cijfer =
A


A
geboortecijfer
B
geboortencijfer

Slide 30 - Quizvraag

Hoe schrijf je de samenstelling: beer + gezellig?
B
A
berengezellig
B
beregezellig

Slide 31 - Quizvraag

Hoe maak je de samenstelling:
verrassing+aanval
A
A
verrassingsaanval
B
verrassingaanval
C
verrassingssaanval

Slide 32 - Quizvraag

afsluiting en vooruitblik
In verband met de KWC-dag gaat de toets van 17 naar 16 december!
Zie bij SOM-17 december de leerstof voor de toets, start op tijd met leren.
Volgende les ma 9 december, dan maken we de taalverzorgingsquiz af en starten we met fictie 22.

Slide 33 - Tekstslide

Welke samenstelling is correct geschreven?
A
A
groenteboer
B
groentenboer

Slide 34 - Quizvraag

Wat is juist geschreven?
B
A
minijurk
B
mini-jurk

Slide 35 - Quizvraag

Hv2t afronden TV28 en halve taalquiz 12-13-27-28

Slide 36 - Tekstslide