3T - Spelling - §6 Koppelteken en trema

N E D E R L A N D S
Welkom 3TC!
Voorbereiding les:
- Materiaal op tafel
- Zitten volgens plattegrond

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

N E D E R L A N D S
Welkom 3TC!
Voorbereiding les:
- Materiaal op tafel
- Zitten volgens plattegrond

Slide 1 - Tekstslide

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
Cursus 7 - Spelling
1. Stillezen of werken aan mindmap
2. Startopdracht + lesdoelen
3. Uitleg koppelteken & trema 
4. Klassikaal oefenen
5. Zelfstandig werken
6. Lesdoelen checken + afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Startopdracht
Noteer de samenstelling die je van de afbeeldingen kunt maken. Gebruik tussenletters als dat nodig is. 
timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

  • Je kunt het koppelteken en het trema op de correcte manier gebruiken.
  • Je kunt samenstellingen met en zonder tussenletters op de juiste manier spellen.
Lesdoelen

Slide 5 - Tekstslide

Het koppelteken -

Slide 6 - Tekstslide

Het koppelteken
Koppelteken:
  • Bij samenstellingen
  • Om uitspraak duidelijk te maken
  • Als het echt nodig is 

zo-even, stage-uren, radio-omroep, na-apen.

Slide 7 - Tekstslide

Koppelteken
De meeste samenstellingen schrijf je aan elkaar:
kassameisje, wijkagent, politiebureau, schoolkantine

Bij een klinkerbotsing (oo, aa, oe, ui) gebruik je een koppelteken:
auto-ongeluk, lente-ui, video-opname. Een klinkerbotsing is een botsing van twee klinkers die samen een klank in de Nederlandse taal vormen. 

Slide 8 - Tekstslide

Het koppelteken
Uitzonderingen
Je gebruikt een koppelteken als er in het samengestelde woord cijfers voorkomen.

bijvoorbeeld:
80-jarige, 70-plusser.

Slide 9 - Tekstslide

Koppelteken
Je gebruikt een koppelteken
als er in het samengestelde
woord een afkorting voorkomt.

Bijvoorbeeld:
usb-stick, mbo-opleiding, 
A5-formaat, Sint-Nicolaas

Slide 10 - Tekstslide

Koppelteken
Je gebruikt een koppelteken bij
aardrijkskundige namen.

Bijvoorbeeld:  Zuid-Holland,
Zuid-Afrika, Noord-Italië, 
's-Gravenhage & West-Amerika.

Slide 11 - Tekstslide


Koppelteken

In samenstellingen die verkeerd gelezen kunnen worden, plaatsen we een koppelteken:

zo-even, stage-uren, radio-omroep, na-apen.

Slide 12 - Tekstslide

radioantenne
koffieautomaat
oudcollega 
WEL koppelteken
GEEN koppelteken
tvgids

Slide 13 - Sleepvraag

Wel of geen koppelteken?
Sleep naar de goede plek.

WEL een koppelteken

NIET een koppelteken
Noord Brabant
gala avond
koppel teken
oud speler

Slide 14 - Sleepvraag

met koppelteken
zonder koppelteken
(aan elkaar)
oud voetballer
vwo diploma
amateur speler
non stop
& teken
Zuid Afrikaans
kippen hok
mee eten
stage plaats
niet officieel

Slide 15 - Sleepvraag

Koppelteken is nodig vanwege het tweede deel van de samenstelling met een hoofdletter.
Fout beschreven. Geen koppelteken nodig.
Koppelteken is nodig vanwege het voorvoegsel.
Koppelteken is nodig vanwege klinkerbotsing.
havo-opleiding
mini-jurk
ex-man
studie-avond
pro-Amerikaans

Slide 16 - Sleepvraag

Met koppelteken
Zonder koppelteken
80 jarige
licht blauw
Midden Oosten 
Sri Lanka
close up
ex voorzitter
IQ test
lucht ballon

Slide 17 - Sleepvraag

Het trema

Slide 18 - Tekstslide

Het trema
Het trema gebruik je bij meervouden van woorden op -ee of -ie

  • Als het enkelvoud eindigt op -ee, maak je het meervoud met -ën:
     idee --> ideeën / fee --> feeën / trofee --> trofeeën

  • Als het enkelvoud eindigt op -ie, maak je het meervoud met -ën of met -n.
     Dit is afhankelijk van de klemtoon:
    - als de klemtoon op -ie valt, dan voeg je -ën toe: theorie --> theorieën
    - als de klemtoon op een andere lettergreep valt, dan krijgt de laatste -e een trema en voeg je     alleen -n  toe: olie --> oliën

Slide 19 - Tekstslide

Het trema
Het trema gebruik je bij een klinkerbotsing. 
Hierbij kun je denken aan de klanken au, ou, oe, ei, ie, ui, eu,en ij.

Bijvoorbeeld: 
- reunie --> reünie
- concierge --> conciërge

Zonder trema kun je het woord anders uitspreken.

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag!
Ga naar je online boek, kies Cursus 7 Nieuw Nederlands
§6 Koppelteken en trema --> Maak opdrachten 1 t/m 5.


Klaar? Lezen uit je leesboek. 

Slide 21 - Tekstslide