Les 7: 2.7 Cellen delen

Les 7 cellen delen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieSpeciaal OnderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 7 cellen delen

Slide 1 - Tekstslide

Les planning

Herhalen les doelen vorige les
Theorie
Korte quiz
Zelfstandig werken
Voorruitblik

Slide 2 - Tekstslide

Benoem de namen van de genummerde delen.

Slide 3 - Open vraag

Welke drie onderdelen heeft een planten cel meer dan een dierlijke cel?

Slide 4 - Open vraag

Welke organen zie je op de afbeelding bij de plant?

Slide 5 - Open vraag

Zet de namen bij de genummerde delen.

Slide 6 - Open vraag

Chromosomen
In de celkern van de cel zitten chromosomen.

Iedere cel in het lichaam heeft 46 chromosomen in de celkern

Chromosomen zijn lange dunne draden.

Chromosomen bestaan voor een groot deel uit DNA.

In DNA is informatie opgeslagen voor bijvoorbeeld de kleur van je ogen, haar, huid etc




Slide 7 - Tekstslide

Geslachtscellen vs normalen cellen van een mens
  • Mannelijk zaadcel heeft 23 chromosomen
  • Vrouwelijk eicel heeft 23 chromosomen
  • Lichaamscel heeft 46 chromosomen

Belangrijk: Alleen geslachtscellen hebben dus 23 chromosomen (zaadcel en eicel)
Lichaamscel heeft gewoon 46 chromosomen.

Slide 8 - Tekstslide

Geslachtscellen
Zaad (man) heeft 23 chromosomen

eitje (vrouw) heeft 23 chromosomen

Als het zaadje samensmelt met het eitje is het eitje bevrucht en heeft het eitje dus 46 chromosomen

Slide 9 - Tekstslide

Celdeling
Een cel die zichzelf deelt noemen we de moedercel.

Kerndeling: in de moedercel ontstaan twee nieuwe kernen.

Celdeling: Als de kernen zijn ontstaan deelt de cel zich in tweeën.

Plasmagroei: De dochtercellen maken nieuw celplasma. Hierdoor groeien de dochtercellen.

Slide 10 - Tekstslide

Samenvatting
  • Zaad en eitje smelten samen

  • Er ontstaat een moedercel

  • De moedercel deelt zichzelf in twee dochterscellen

  • De dochterscellen delen ook weer

  • Dit gaat net zolang door totdat er een complete baby ontstaat

Slide 11 - Tekstslide

Hoe heten de dunne draden in de celkern?

Slide 12 - Open vraag

Hoeveel chromosomen heeft een mens in zijn geslachtscellen?
A
23
B
46
C
45
D
25

Slide 13 - Quizvraag

Hoeveel chromosomen heb jij geërfd van je moeder?
A
23
B
46
C
45
D
25

Slide 14 - Quizvraag

Hoeveel chromosomen heb jij geërfd van je vader?
A
23
B
46
C
45
D
25

Slide 15 - Quizvraag

Hoeveel chromosomen hebben jouw cellen?
A
23
B
46
C
45
D
25

Slide 16 - Quizvraag

Hoe heten de geslachtscellen bij mannen en vrouwen?

Slide 17 - Open vraag

Uit welke stof bestaan chromosomen voor een deel?

Slide 18 - Open vraag

Welke informatie is opgeslagen in jouw DNA?

Slide 19 - Open vraag

Zelfstandig werken
Blz. 114 - 119
Blz. 122 - 123
Snap je het niet? Steek je vinger op.
Ben je klaar? Laat je werk zien aan de docent. 
timer
30:00

Slide 20 - Tekstslide

Voorruitblik
De toets. 

Slide 21 - Tekstslide