D2B 10-1-2022

Hoe was de kerstvakantie?
1 / 28
volgende
Slide 1: Woordweb
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoe was de kerstvakantie?

Slide 1 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies







Aardrijkskunde D2B






10-1-2022

Slide 2 - Tekstslide

Welke stad zie je op deze foto?
Lesplanning
  • Herhaling §2.1 en §2.2 TL | Herhaling §2.1 t/m §2.3 HV (10 min)
       - Ontwikkeling steden: urbanisatie en suburbanisatie
       - Steden in rijke landen
       - Steden in arme landen
  • Maken §2.2 (10 min)
       - TL: opdracht 1 t/m 5
       - HV: opdracht 1 t/m 6

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning
  • Uitleg §2.3 (5 min)
       Leven in megasteden: wonen, werken en verkeer
  • Maken §2.3 (15 min)
       - TL: opdracht 1 t/m 5
       - HV: opdracht 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je weet wat het verschil is in de groei van steden in rijke en arme landen
  • Je begrijpt wat de oorzaak voor dit verschil is
  • Je kunt een plattegrond tekenen van een stad in een rijk en arm land 
  • Je weet wat de overeenkomsten en verschillen zijn tussen wonen, werken, verkeer in rijke en arme landen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies







Herhaling 
§2.1 en §2.2 TL | §2.1 t/m §2.3 HV

Slide 6 - Tekstslide

Welke stad zie je op deze foto?
Wat heb je onthouden
over steden?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het belangrijkste
kenmerk van een hoofdstad?
timer
0:30

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk soort stad heeft meer dan 10 miljoen inwoners?
A
megastad
B
wereldstad
C
hoofdstad
D
primate city

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar liggen veel steden?
A
bij rivieren
B
hoge bergen
C
moerassen
D
vlak gebied

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom liggen veel steden in
vlakke gebieden?
timer
0:30

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet het als mensen verhuizen van het platteland naar de stad?
A
urbanisatie
B
suburbanisatie

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke wijken vind je in
steden in rijke landen?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke wijk kom je in arme landen wel tegen en in rijke landen niet?
A
Central Business District
B
industriegebieden
C
krottenwijken
D
villawijken

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Aan het werk
Wat?
TL maken §2.2: opdracht 1 t/m 5
HV maken §2.2: opdracht 1 t/m 6 + 
maken §2.3: opdracht 1 t/m 5 (let op: 4 niet)
Waar?
Werkboek of digitaal lesmateriaal
Hoe?
15 minuten; eerste 5 minuten zelfstandig;
daarna rustig samenwerken
Klaar?
TL lezen en maken §2.3: opdracht 1 t/m 5
HV lezen en maken §2.4: opdracht 1 t/m 5
Nakijken H2
timer
5:00

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg §2.3 TL | §2.4 HV

Slide 16 - Tekstslide

Welke stad zie je op deze foto?
timer
1:00
Welke problemen verwacht
je in megasteden?

Slide 17 - Woordweb

Startopdracht voor de leerlingen.
Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Er zijn problemen op het gebied van 3 onderdelen:
  • Wonen: 
     te weinig huizen, groot verschil tussen arm en rijk (slechte 
     wijken en villawijken)
  • Werken: 
     veel vraag naar werk; formele sector groot in rijke landen en 
     informele sector groot in arme landen
  • Vervuiling en verkeer: 
     weinig milieuregels > veel lozing afvalstoffen> vervuiling
     veel verkeer > opstoppingen > vervuiling 
Problemen megasteden

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kan veel verkeer zorgen
voor vervuiling?
timer
0:30

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom doen bedrijven in arme landen weinig om vervuiling te voorkomen?
timer
0:30

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

timer
1:00
Welke oplossingen heb jij voor de problemen in megasteden?

Slide 21 - Woordweb

Startopdracht voor de leerlingen.
Soorten steden
  • Megasteden: minimaal 10 miljoen inwoners; vooral in arme landen
  • Wereldsteden: belangrijke rol voor de economie, politiek of cultuur wereldwijd; vooral in rijke landen
  • Hoofdsteden: meestal de plek waar de regering zit
  • Primate cities: 1e stad is veel groter dan 2e stad van het land; 1e stad minimaal 2x zoveel inwoners als 2e stad 
Aan het werk
Wat?
TL maken §2.3: opdracht 1 t/m 5
HV maken §2.4: opdracht 1 t/m 5
Waar?
Werkboek of digitaal lesmateriaal
Hoe?
10 minuten; zelfstandig of samenwerken
Vragen? Overleg met klasgenoten of docent
Klaar?
Nakijken H2
Maken vaardigheden H2

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
  • TL
       - Maken §2.2: opdracht 1 t/m 5
       - Maken §2.3: opdracht 1 t/m 5
  • HV
       - Maken §2.2: opdracht 1 t/m 6
       - Maken §2.3: opdracht 1 t/m 5 (let op: 4 niet)
       - Maken §2.4: opdracht 1 t/m 3

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je vandaag
geleerd?

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke uitspraak is het meest op jou van toepassing voor §2.1 t/m §2.3 TL | §2.1 t/m §2.4 HV?
A
ik ken de stof goed
B
ik ken de stof redelijk
C
ik vind de stof lastig
D
ik heb meer uitleg of oefening nodig

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vond je deze les?
Heb je nog tops/tips voor mij?

Slide 28 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies