Par 1.3 _Schaarste en welvaart

EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H 1: Inkomen en welvaart 


Wat gaan we vandaag doen?
Paragraaf 1.3 Schaarste en welvaart

  • Bespreken huiswerk;
  • Lesdoelen par. 1.3;
  • Filmpje
  • Uitleg en instructie;
  • Opdrachten maken paragraaf 1.3;
  • Huiswerk volgende les;
  • Samenvatting/reflectie.

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk bespreken

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen Paragraaf 1.3: 

Aan het einde van de les ....

  • Kunnen jullie het begrip schaarste uitleggen;

  • Weten jullie wat koopkracht is en hoe de koopkracht van invloed kan zijn op de welvaart; 

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg en instructie...

Slide 6 - Tekstslide

Schaarste
Om in je (oneindige) behoeften te voorzien heb je productiemiddelen nodig (zoals bijvoorbeeld tijd en geld). 
Deze middelen zijn beperkt, dat noem je schaarste.

Schaarste niet verwarren met zeldzaamheid!
  • Zonsverduistering is niet schaars, maar wel zeldzaam
  • Een zak patat is niet zeldzaam, maar wel schaars

Slide 7 - Tekstslide

Welvaart en schaarste

Welvaart: de mate waarin mensen in hun behoeften kunnen voorzien


  • Dus hoe meer behoeften je kunt vervullen, hoe meer welvaart je hebt. 
  • De welvaart van iemand is laag als weinig van zijn behoeften worden vervuld (ook als die persoon erg rijk is).
  • Welvaart van iemand is hoog als bijna al zijn behoeften worden vervuld (ook als die persoon weinig bezittingen heeft).



Slide 8 - Tekstslide

Welvaart

  • Welvaart in ruime zin: de mate waarin je in je behoeften kunt voorzien
  • Welvaart in enge (beperkte) zin: de koopkracht van het gemiddelde inkomen per inwoner -> te meten met het BBP (Bruto binnenlands product)

Slide 9 - Tekstslide

Koopkracht
Je koopkracht laat zien hoeveel goederen en diensten je met je inkomen kunt kopen.

Je koopkracht is dus afhankelijk van:
- De prijzen
- Je inkomen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Inflatie
Inflatie = algemene stijging van de prijzen

Koopkracht = 
hoeveel je kunt kopen van je geld


Koopkracht (stijging of daling) = rentepercentage koopkracht - inflatiepercentage

Slide 12 - Tekstslide

Koopkracht stijging en daling

Slide 13 - Tekstslide

Verschil Welvaart en Welzijn

  • Welvaart = de mate waarin mensen in hun behoeften kunnen voorzien

  • Welzijn = de mate waarin je je gelukkig voelt

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk volgende les
Afmaken opdrachten par 1.3
22, 23 c, d, 24, 25, 26 en 27 

Slide 15 - Tekstslide

Samenvatting: Zijn de lesdoelen behaald?
Aan het einde van de les ...

  • Kunnen jullie het begrip schaarste uitleggen; 
 
  • Weten jullie wat koopkracht is en hoe de koopkracht van invloed kan zijn op de welvaart; 

Slide 16 - Tekstslide