Opdracht: A) Leg in eigen woorden uit wat een winkelconcept is. B) Geef 3 voorbeelden waarin een winkelconcept tot uiting komt.
Slide 15 - Open vraag
H1.3 Verschillen tussen retailers
Het retaillandschap laat veel verschillen zien tussen retailers.
Opdracht: Wat zijn de algemene verschillen tussen de twee bedrijven hieronder?
timer
5:00
Slide 16 - Tekstslide
H1.3 Verschillen tussen retailers
Wat zijn de algemene verschillen tussen de twee bedrijven hieronder?
Klanten in de action zijn gericht naar producten, alleen komen ze allerlei goedkope, handige producten tegen die ze soms ook kopen -> prijs (distibutie)
Bij Dille en Kamille zijn de producten wat duurder en is er meer service. Er is een klein productaanbod waardoor klanten gericht winkelen -> service (distributie)
Oftewel: een verschil in prijs & service
Slide 17 - Tekstslide
H1.3 Verschillen tussen retailers
Verschil in prijs/service:
Prijsdistributie: het verkopen van producten met de nadruk op een lage prijs.
Servicedistributie: het verkopen van producten met de nadruk op kwaliteit. (Meestal duurder.)
Mix: prijs/servicedistibutie
Slide 18 - Tekstslide
Binnen welke winkelformule is persoonlijke verkoop een belangrijk promotie-instrument?
A
Prijs-distributie
B
Service-distributie
Slide 19 - Quizvraag
H1.4 Winkelbeleving
Winkelbeleving is?
Het totaalpakket van de winkeluitstraling, het assortiment en de klantvriendelijkheid van de medewerkers
Slide 20 - Tekstslide
H1.4 Winkelbeleving
Hoe kan je de klant het gevoel geven dat diegene koning is?
Je begroet iedere klant die de winkel binnenkomt
Je bent actief aan het werk en observeert de klant
Je spreekt klanten aan als ze hulp nodig hebben
Je luistert aandachtig en actief naar de klant
Je kunt je inleven in de klant
Je groet de klant als hij de winkel verlaat
Slide 21 - Tekstslide
H1.4 Winkelbeleving
De klant is koning, maar jij bent de keizer
Als je met een boze klant of ongewenst gedrag te maken krijgt, moet je voor jezelf op kunnen komen. Je moet je grenzen op een goede manier overbrengen. Door op een vriendelijke manier aan te geven welk gedrag je wel of niet accepteert
Je grenzen aangeven in ongewenst gedrag
Voor jezelf opkomen noem je ook wel weerbaarheid of assertiviteit
Slide 22 - Tekstslide
H1.4 Winkelbeleving
Hoe kan je de klant enthousiast maken om een product te kopen?
Tip: zintuigen
timer
3:00
Slide 23 - Tekstslide
H1.4 Winkelbeleving
Slide 24 - Tekstslide
Bij winkelbeleving is de rol van het personeel belangrijk. Wat kun je als personeel doen aan BELEVING?
Slide 25 - Open vraag
Opdracht Ga in gesprek in 2 tallen. Vertel elkaar over een positieve en negatieve winkelbeleving die je wel eens hebt gehad.
timer
5:00
Slide 26 - Open vraag
H1.5 Product presentaties en winkelbeleving
Product presentatie speelt een belangrijke rol bij winkelbeleving en is daarmee ook een voorbeeld van hospitality.
Hoe een winkel producten presenteert, wordt visual merchandising genoemd. Hoe aantrekkelijker de presentatie, hoe meer kans op een verkoop.
Slide 27 - Tekstslide
H1.5 Product presentaties en winkelbeleving
Winkelexterieur: wat valt hieronder?
Winkelinterieur: wat valt hieronder?
Slide 28 - Tekstslide
H1.5 product presentatie extrieur
Frontpresentatieplan
In het frontpresentatieplan staat hoe het winkelconcept doorloopt in het winkelexterieur.
In een frontpresentatieplan zit vaak een etalageplan.
Verschillende vormen etalages zijn:
open etalage, gesloten etalage, halfgesloten etalage.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.