§ 5.4 Geld genoeg?

H5 Hoe werkt de overheid?
§ 5.4 geld genoeg?
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H5 Hoe werkt de overheid?
§ 5.4 geld genoeg?

Slide 1 - Tekstslide

Planning

Slide 2 - Tekstslide

§ 5.4 Geld genoeg?

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
In deze les leer je:
  • hoe de overheid de inkomsten en uitgaven onder controle houdt
  • hoe je snel van miljarden naar miljoenen en van miljoenen naar miljarden rekent
  • hoe de rijksoverheid aan inkomsten komt
  • wat voor inkomsten de gemeente heeft


Slide 4 - Tekstslide

Uitgaven en inkomsten van de overheid










Doordat de overheid leent, is er een staatsschuld.




Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Inkomsten van de overheid
De overheid heeft verschillende inkomsten:
Belastingen: leveren de meeste inkomsten op.
Sociale premies: bedoeld voor de uitkeringen van de sociale verzekeringen

Niet-belastingontvangsten
bijvoorbeeld 
  • de winst van overheidsbedrijven 
  • boetes
















Slide 7 - Tekstslide

Belastingen
Belastingen kun je in twee groepen verdelen:

Directe belastingen
betaal je rechtstreeks aan de Belastingdienst van de overheid.





















Slide 8 - Tekstslide

Belastingen
Belastingen kun je in twee groepen verdelen:

Indirecte belastingen
betaal je met een omweg aan de Belastingdienst van de overheid.



















Slide 9 - Tekstslide

Geld voor de gemeente
Inkomsten van de gemeente
Het grootste deel: uit het Gemeentefonds van het rijk.

Burgers en bedrijven betalen gemeentelijke belastingen en heffingen voor. Voorbeelden :
  • onroerendezaakbelasting (ozb)
  • rioolheffing
  • afvalstoffenheffing












Slide 10 - Tekstslide

Onroerende zaakbelasting (OZB)
 Is de gemeentelijke belasting die je moet betalen voor het eigendom van een woning. De onroerende zaakbelasting (OZB) wordt jaarlijks betaald door eigenaren van een woning aan de gemeente. Voor het bepalen van de OZB wordt gekeken naar de waarde van de woning.

Slide 11 - Tekstslide

Snel van miljarden naar miljoenen
Als je rekent met de overheidsfinanciën, heb je vaak met miljarden en miljoenen te maken.


Zo reken je snel om van miljarden naar miljoenen:








Slide 12 - Tekstslide

Reken snel van miljarden naar miljoenen. € 17,7 miljard = € .. miljoen

Slide 13 - Open vraag

Snel van miljoenen naar miljarden
Als je rekent met de overheidsfinanciën, heb je vaak met miljarden en miljoenen te maken.

Zo reken je snel om van miljoenen naar miljarden:













Slide 14 - Tekstslide

Reken snel van miljoenen naar miljarden € 5.250 miljoen = € .. miljard

Slide 15 - Open vraag

Aan het werk
Lezen paragraaf 5.4
Maken de opdrachten van paragraaf 5.4

Schrijf de antwoorden op in je schrift.

Slide 16 - Tekstslide

Afsluiten

Slide 17 - Tekstslide


Leerdoelen waren voor mij duidelijk.
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Weet je wat hoe de overheid de inkomsten en uitgaven onder controle houdt


Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 19 - Poll

Weet je hoe je snel van miljarden naar miljoenen en van miljoenen naar miljarden rekent




Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 20 - Poll

Weet je hoe de rijksoverheid aan inkomsten komt



Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 21 - Poll

Weet je wat voor inkomsten de gemeente heeft


Ja
Nee
Ik moet hier nog op studeren

Slide 22 - Poll

Extra uitleg
Kijk voor meer uitleg de volgende video's

Slide 23 - Tekstslide