Herhaling H1 en H2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Herhaling H1 en H2

Herhaling  uit H1 en H2

Examenopdracht maken

Examenopdracht bespreken

Globalisering

De EU-landen zijn bij elkaar gekomen om te overleggen over klimaatveranderingen.
Hier is vooral sprake van:

1. Sociale globalisering
2. Culturele globalisering
3. Economische globalisering
4. Politieke globalisering

De volgende zinnen gaan over globalisering. Welke is juist?

1. Door globalisering wordt de handel met het buitenland steeds lastiger.
2. Internet heeft het proces van globalisering versneld.
3. Nu we te maken hebben met globalisering wordt de hele wereld een vrijhandelszone.
4. Steeds minder producten of ingrediënten komen uit het buitenland.

Welk begrip past
hierbij?

1. Globalisering
2. Duurzaam
3. Keurmerk
4. Armoedegrens

Noord-Korea wil niet met andere leiders over kernwapens praten, wat voor soort globalisering hoort hierbij?

1. Economische globalisering
2. Politieke globalisering
3. Culturele globalisering
4. Ik weet het niet

Geef de juiste volgorde van globalisering

1. Imperialisme - Industrialisatie-Uitschuiving - Kolonialisme
2. Kolonialisme - Industrialisatie - Imperialisme - Uitschuiving
3. Imperialisme - Uitschuiving - Industrialisatie - Kolonialisme -
4. Kolonialisme - Imperialisme - Industrialisatie - Uitschuiving -

Hieronder staan drie uitspraken over Nederlandse radio- en televisie-omroepen in de periode 1950-2000:

Geef per uitspraak aan welk begrip daarbij hoort.

Let op! Er blijft één begrip over.

De AVRO was de eerste televisie-omroep zonder godsdienstige of

politieke uitgangspunten.

De populaire radiozender haalde zijn inkomsten uit reclames.

Er werden omroepen opgericht voor onder andere boeddhisten,

moslims en hindoes.

consumptiemaatschappij

globalisering

multiculturele samenleving

ontzuiling

Regionale ongelijkheid kom je vooral tegen in

1. rijke landen
2. industrialiserende en globaliserende landen
3. arme landen
4. landen zonder veel globalisering

Hoe noemen we de verschuiving van het economisch zwaartepunt in de wereld naar Oost- en Zuidoost- Azië

1. Globalisering
2. Global shift
3. Wereldeconomie
4. Ik weet het niet

C11. Na 1970 is de globalisering sterk toegenomen. Welke reeks van drie ontwikkelingen heeft daar aan bijgedragen?

1. 1. De toename van het aantal mno’s, toename van de regionale ongelijkheid in ontwikkelingslanden en het verdwijnen van handelsbelemmeringen.
2. 2. De toename van het aantal mno’s, het verdwijnen van handelsbelemmeringen en de verbetering van het transport.
3. 3. De verbetering van verbindingen, de toename van het aantal mno’s en de groei van de formele sector.
4. 4. De verbetering van de verbindingen, het opheffen van handelsbelemmeringen en de opkomst van de semiperiferie.

Het toerisme draagt bij aan de globalisering van de Filipijnen op cultureel, economisch en politiek gebied. Maak de juiste combinaties.

Door de contacten met buitenlandse bezoekers nemen de Filipijnen gewoonten over uit andere delen van de wereld.

Door de werkgelegenheid in het toerisme kunnen de Filipijnen zich meer producten van buiten de Filipijnen veroorloven. 

Door de contacten met buitenlandse bezoekers maken de Filipijnen kennis met andere ideeën over democratie.

Culturele globalisering

Economische globalisering

Politieke globalisering

Wereldsysteem

Centrum: ontwikkelde landen

Semiperiferie: landen in ontwikkeling

Periferie: ontwikkelingslanden

In elk van deze gebieden overheerst het werk van 1 sector uit de internationale arbeidsverdeling. Welke sector hoort bij welk gebied?

Zelfstandig werken

Maken examenopdracht globalisering

Einde les bespreken we de opdrachten