Les Psychose

Psychose
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Psychose

Slide 1 - Tekstslide

Wat ga ik behandelen?
- Wat is een psychose?
- Waardoor wordt het veroorzaakt?
- Wat zijn de symptomen/het ziekteverloop/prognose?
- Hoe wordt een diagnose gesteld?
- Wat zijn de behandelmogelijkheden.
- Wat zijn de aandachtspunten voor jouw als zorgverlener?
- Verder beschrijf en onderbouw je minimaal 3 zorgdoelen of ondersteuningsdoelen bij te verwachte zorgvraag/problemen. (Dit werk je uit in een PES)
- Ook zoek je minimaal 3 interventies en/of begeleidingsmethodieken.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een psychose?

Een psychose is een toestand waarbij iemand zijn grip op de realiteit kwijt is. Hij ziet of hoort soms dingen die er niet zijn (hallucinaties) en is overtuigd van bepaalde ideeën die niet kloppen (wanen).  Een eerste psychose gebeurt het vaakst bij jonge mensen tussen 18 en 25 jaar.

Mensen vertellen na een psychose vaak dat het leek op een droom. Of een nachtmerrie terwijl ze wakker waren.

Bron: www.umcutrecht.nl/nl/ziekte/psychose

Slide 3 - Tekstslide

Oorzaken
- Familiair - genetisch/erfelijke link
- Drugsgebruik - Vooral bij aanleg
- Migranten - Door de omschakeling in een ander land
- Sociaal isolement
- Grote hormonale schommelingen - Zwangerschap bvb
- Bij een ernstige depressie of burn-out
- Traumatische ervaringen - PTSS
- Langdurige grote stress
Bron: https://www.parnassiagroep.nl/

Slide 4 - Tekstslide

Symptomen voorafgaande aan...
Voorafgaande aan een psychose spelen er vaak andere klachten:
verminderde aandacht en concentratie - verminderde motivatie
slaapstoornissen - angst
prikkelbaarheid - minder helder kunnen nadenken
sociaal terugtrekken - achterdochtige ideeën
bijzondere zaken waarnemen - achteruitgang in het functioneren 
Bron: www.umcutrecht.nl/nl/ziekte/psychose

Slide 5 - Tekstslide

Symptomen bij een psychose
Hallucinaties:                                                                                    Wanen: 




Desorganisatie: een onvermogen om orde aan te brengen. Dit kan zowel zijn in het handelen (dingen die eerder altijd goed lukten, zoals de tafel dekken of je administratie doen, lukken niet meer), denken (iemand springt van de hak op de tak en is daardoor moeilijk te volgen) en voelen (huilen of lachen op momenten die andere mensen niet begrijpen).

Bron: www.umcutrecht.nl/nl/ziekte/psychose

Slide 6 - Tekstslide

Prognose
Psychoses zijn vaak episodes die een paar dagen tot een paar maanden kunnen duren.
Door behandeling kan het daarna weer tijd goed gaan. Voor sommige patiënten blijft een psychose hun hele leven weg. Andere patiënten hebben om de zoveel tijd een nieuwe episode.
Behandeling is hierbij erg belangrijk.
Bron: www.thuisarts.nl/

Slide 7 - Tekstslide

Diagnose en behandeling
Bij een psychose is het belangrijk dat je snel een behandeling krijgt. Dan wordt de psychose sneller minder. En gaat het beter met je als de psychose voorbij is.

Meestal wordt iemand via de huisarts naar een psychiater doorverwezen. bij acute klachten kan een crisisdienst ingeschakeld worden. Een psychiater kan door psychiatrisch onderzoek de diagnose vaststellen, en ik kaart brengen hoe ernstig de psychose is.

Omdat er bij psychiatrische aandoeningen vaak ook somatische klachten zijn wordt er ook lichamelijk onderzoek gedaan. 
Bron: www.umcutrecht.nl

Slide 8 - Tekstslide

Behandeling
Psycho educatie - Uitleg geven over de ziekte en de behandeling
Pyschotherapie - Dit zijn specifieke behandel trajecten. Een voorbeeld is cognitieve gedragstherapie. 
Medicatie - Denk aan antipsychotica, antidepressiva en stemmingsstabilisators
Electroconvulsietherapie - (ECT) Dit is geen standaard behandeling, maar kan, afhankelijk van de ernst van de aandoening ingezet worden. 
Bron: www.umcutrecht.nl

Slide 9 - Tekstslide

Aandachtspunten
- Verdiep je goed in de patiënt en verdiep je z.n. in de psychiatrische stoornis.
- Creëer een rustige en prikkelarme omgeving
- Vermijd stress en bied structuur
- Betrek het sociale netwerk
- Toon begrip en bied een luisterend oor
- Denk en doe niet voor de patiënt maar vraag waar de behoefte ligt.
- Observeer bij rustige periodes de klachten die horen bij een naderde psychose.
- Schakel een arts/psychiater in wanneer je twijfels hebt. 
- Geef psycho-educatie
Bron: www.parnassiagroep.nl & www.ggzstandaarden.nl/

Slide 10 - Tekstslide

PES
Probleem:

De cliënt ervaart ernstige psychotische symptomen, waaronder hallucinaties en wanen, die een significante invloed hebben op haar dagelijks functioneren en het vermogen om realiteit en fantasie te onderscheiden.

Etiologie:
Psychose ontwikkeld na een burn-out en bij PTSS. 

Symptomen:
    Hallucinaties: Auditieve hallucinaties, waarbij de cliënt stemmen hoort die anderen niet waarnemen.
    Visuele hallucinaties, zoals het zien van niet-bestaande personen of objecten.
    Wanen: Paranoïde wanen, waarbij de cliënt gelooft dat anderen samenzweren tegen haar.
    Verstoord denken: Moeite met logisch denken en het samenhangend formuleren van gedachten. 
    Desorganisatie van spraak en gedrag.







Slide 11 - Tekstslide

zorgdoel
Zorgdoel:








De komende zes weken zal de cliënt in staat zijn om haar dagelijks functioneren te verbeteren door het effectief omgaan met visuele hallucinaties en het verminderen van de bijbehorende angst en stressniveaus, als onderdeel van haar behandeling voor psychotische symptomen.

Slide 12 - Tekstslide

Interventies voor omgaan met verwarde cliënten 
- Streef naar een vaste structuur en zo min mogelijk verschillende gezichten.
- Neem de uitlatingen van je cliënt niet persoonlijk en geef je grenzen op een rustige manier aan.
- Spreek met het team af op welke verzoeken je wel en niet ingaat, en waar jullie grenzen liggen. - Leg alle afspraken goed vast zodat je niet tegen elkaar kunt worden uitgespeeld. Geef wisselingen in het dienstrooster door aan de patiënt.
- Cliënten met een psychose hebben vaak een omgekeerd dag- en nachtritme. Probeer dit om te draaien.

Slide 13 - Tekstslide

begeleidingsmethodieken
Interventies en begeleidingsmethodieken worden veelal door medische specialisten uitgevoerd zoals psychiatrische en psychologen. 

Eerste stap interventies
In 10 zittingen leert iemand aan de hand van opdrachten de subklinische symptomen in perspectief te zetten. Door relaties te leggen tussen gebeurtenis (‘ik zie een man in een regenjas aan de overkant’), gedachte, (‘de maffia zit achter mij aan’), angst (‘ik ben bang’) en gedrag (‘ik doe de gordijnen dicht en blijf alert’) leert hij of zij in te zien dat er meer mogelijkheden zijn om te denken en te voelen over een gebeurtenis. In dit voorbeeld zal de patiënt ‘de man in de regenjas’ realistischer gaan duiden.

Slide 14 - Tekstslide

Interventies en begeleidingsmethodieken
Cognitieve Gedrags Therapie (CGT)
CGT is een vorm van psychotherapie die je leert om anders tegen problematische situaties aan te kijken en er anders mee om te gaan. Cognitieve gedragstherapie gaat er van uit dat problemen beïnvloed en in stand gehouden worden door iemands gedachten en gedrag. Door het onderzoeken, bespreken en veranderen van dat gedrag en die gedachten nemen de psychische klachten af. 

Slide 15 - Tekstslide

Vragen?

Slide 16 - Tekstslide

Volgende week!

Slide 17 - Tekstslide