In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
2.2 Mediasamenleving
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat een mediasamenleving is en hier voorbeelden van geven.
Je kunt twee voorbeelden geven van online-risico's.
Je kunt het verschil tussen traditionele en nieuwe media uitleggen.
Je kunt het verschil tussen publieke en commerciële omroepen uitleggen.
Slide 2 - Tekstslide
Media
Media is overal. We gebruiken het om te communiceren, les te volgen, overheidszaken, eten bestellen, de deurbel checken.
Mediasamenleving: voor bijna alles wat we doen, hebben we media nodig.
2007: Eerste smartphone
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Kenmerken van Massamedia
Openbaar
Massacommunicatie
Eenzijdig
Indirect
Slide 5 - Tekstslide
Traditionele en nieuwe media
van brieven en boeken naar sociale media en apps.
In een informatiesamenleving is alle informatie non-stop beschikbaar.
Slide 6 - Tekstslide
Traditionele media
De programma's op televisie of radio worden uitgezonden via omroepen: organisaties die via radio, tv en internet informatie uitzenden naar een groot publiek.
Slide 7 - Tekstslide
Online risico's
Naast dat media leuk is en voordelen heeft zijn er ook nadelen.
- Schoolwerk komt te leiden onder telefoon gebruik
- Telefoon verslavingen onder jongeren en mensen
- Online grensoverschrijdend gedrag: gedrag waarbij iemand online iets met jou doet waardoor je je onveilig voelt.
- haatcomments
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Publieke omroepen
Betaald door belastinggeld met als doel een pluriform aanbod te bieden. Veelvormig en veelkleurig.
Iedere omroep heeft een doelgroep: een groep mensen met dezelfde kenmerken en belangstelling.
Slide 10 - Tekstslide
Commerciële omroepen
Bedrijven die geld willen verdienen met hun uitzendingen door het verkopen van reclamezendtijd.
Slide 11 - Tekstslide
Actuele gebeurtenissen
Media die veel mensen bereiken, zoals: kranten, radio, tv, internet enzovoor
Onpartijdig
Partijdig
Nieuws
Massamedia
Objectief
Subjectief
Slide 12 - Sleepvraag
Welke beschrijving hoort bij welk begrip?
de wisselwerking tussen zender en ontvanger
een middel om informatie te versturen
de reactie van de ontvanger op de boodschap van de zender
media die zich met hun communicatieboodschap tot grote groepen mensen tegelijk richten
mensen zijn met elkaar verbonden
alle internetmedia waarmee je informatie met anderen kunt delen
Medium
Feedback
Massamedia
Interactie
Sociale media
Netwerk
Slide 13 - Sleepvraag
Krijgt geld van de overheid.
A
Commerciële omroep
B
Publieke omroep
Slide 14 - Quizvraag
Publieke omroep of commerciele zender? Mogen reclames uitzenden
A
Publieke omroep
B
commerciele zender
C
allebei
Slide 15 - Quizvraag
Informatie
Menings-
vormend
Amusement
Onderwijs
Reclame
Slide 16 - Sleepvraag
Wat bedoelen we met mediasamenleving?
A
Een samenleving waarin media een centrale rol speelt
B
Een samenleving zonder media-invloed
C
Een samenleving met enkel traditionele media
D
Een samenleving zonder communicatiemiddelen
Slide 17 - Quizvraag
Bedrijven verzamelen cookies over jou en maken daarmee een digitaal profiel
Hierin staan regels, bijvoorbeeld over de hoeveelheid reclame
Een groep mensen met min of meer dezelfde kenmerken en of interesses
Informatie opzoeken wanneer en hoe jij wil
Voor alles wat we doen kunnen we media gebruiken
Hiervan is sprake als feiten met opzet worden veranderd of weggelaten