Meer dan lezen §2 onderwerp en hoofdgedachte

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

1. Ga rustig zitten
   
2. laptop en boek gesloten op tafel
3. Wacht rustig tot ik start

Bedenk begrippen die met leesvaardigheid te maken hebben

Lesdoelen

- Ik weet hoe ik mijn antwoorden bij leesvaardigheid moet formuleren.

- Ik weet wat ik moet doen om het onderwerp van de tekst of filmpje te vinden. 

- Ik weet wat ik moet doen om de hoofdgedachte van een tekst of filmpje te vinden.

Waar gaat deze tekst over?

Moet je de hele tekst lezen om het onderwerp te bepalen?

1. Ja
2. Nee

Wat moet je lezen om het onderwerp te achterhalen?

Waar gaat de tekst over?

Lees de tekst oriënterend:

- Bekijk de titel en tussenkopjes.

- Lees de eerste alinea.

- Bekijk de illustratie.

- Lees anders gedrukte woorden.

Tip: Wat wordt steeds benadrukt/ herhaald in de tekst?

= het onderwerp van de tekst

Hoe formuleer je een goed antwoord?

Antwoord formuleren (1)

- Lees de vraag eerst heel goed.

- Zoek in de tekst naar het antwoord.

- Lees de vraag daarna nog eens en onderstreep het antwoord in de tekst.

- Formuleer daarna in een goede zin je antwoord en noteer het.

Antwoord formuleren (2)

- Herhaal een stukje van de vraag in je antwoord:

Bij welke alinea(’s) hoort het tussenkopje ‘Bevestiging’?

Het tussenkopje 'Bevestiging' hoort bij alinea ... , ... en .... 

hoofdgedachte 

Hoofdgedachte is vaak te vinden:

• in de inleiding of het slot van de tekst

Vraag bij hoofdgedachte:

Wat is het belangrijkste wat er in de hele tekst over het onderwerp wordt gezegd?

Aan de slag!

- Ga naar meer dan lezen paragraaf 2

- Maak opdracht 1 t/m  

- Lees altijd eerst de tekst.

- Denk aan het juist formuleren van je antwoord.

Klaar?

Ga verder met het lezen van je boek

Werk verder...

- Maak opdracht 1 en 2.  

- Lees altijd eerst de tekst.

- Denk aan het juist formuleren van je antwoord.

Klaar?

Ga verder met opdracht 3 en 4

Lesdoelen

- Ik weet hoe ik mijn antwoorden bij leesvaardigheid moet formuleren.

- Ik weet wat ik moet doen om het onderwerp van de tekst te vinden.